Mario Cipollini is aan de beterende hand na zijn hartoperatie. Onlangs moest de voormalige topsprinter onder het mes, nadat hij al enige tijd last had van tachycardie, een aandoening waarbij het hart in rust klopt met een frequentie van meer dan honderd slagen per minuut. “Momenteel rij ik met tegenwind, maar ik ben gewend om af te zien.”

Cipollini’s hartprobleem kwam aan het licht, nadat hij last kreeg tijdens het fietsen en nadien contact opnam met voormalig Liquigas-ploegarts Roberto Corsetti. Die bevestigde dat de Italiaan had kunnen sterven zonder de juiste behandeling. “Momenteel rij ik met tegenwind, maar ik ben gewend om af te zien”, vertelt de Leeuwenkoning in een interview met La Gazzetta dello Sport.

“Het was vreemd om de diagnose hartproblemen te krijgen, omdat je als sporter je gezond, sterk en in een perfecte conditie voelt. Dat was niet het geval. Ik voelde dat er iets niet klopte toen ik 500 Watt trapte tijdens een klim en ik me geblokkeerd voelde.” Cipollini denkt dat hij tijdens zijn carrière teveel van zijn hart heeft gevraagd, terwijl nu blijkt dat hij genetische problemen heeft.

Sinds zijn operatie moet de Italiaan vooral rust houden en over enkele maanden hoort hij of hij volledig herstelt. “Ik voel me goed na de operatie en kan alleen maar hopen dat ik goed nieuws krijg in januari.” Door zijn problemen wereldkundig te maken, hoopt hij andere mensen te kunnen helpen. “Vroege diagnose is belangrijk, net als de noodzaak om goed voor jezelf te zorgen en signalen niet te negeren.”