Video Jarne Van de Paar leek helemaal vertrokken na zijn overwinning in de Grote Prijs Monseré, een dikke maand geleden. Alleen kwam de 23-jarige Kempenaar, pas toe aan zijn tweede profjaar bij Lotto Dstny, daarna niet meer in actie in een officiële UCI-koers. In de Scheldeprijs trad hij terug in competitie.

“De reden van mijn maand afwezigheid is simpel: bij een valpartij tijdens de Grote Prijs Vermarc (een kermiskoers in Rotselaar, red.) heb ik een blessure opgelopen. De schade bleek uiteindelijk vrij groot, waardoor ik een tijdje niet heb kunnen trainen.”

Een aderlating, voor Van de Paar. “Natuurlijk. Als je juist in dat goede moment zit en je wint een koers, je voelt je goed, dan wil je die lijn zo lang en snel mogelijk doortrekken. Dat is nu niet gelukt, maar we kunnen wel weer opbouwen. Het was een opluchting dat ik in Roeselare kon winnen. Ik voelde me goed, en ook de weken daarvoor ging alles supergoed. Zo’n overwinning is iets supermooi, zeker als je ouders erbij zijn.”

Van de Paar mocht in Roeselare juichen – foto: Cor Vos

Maar wat hij voordien in de Emiraten op het allerhoogste niveau liet zien, was misschien even straf. “In de UAE Tour heb ik me tussen al die toppers toch ook laten zien. Daar voel ik me heel goed bij. Ik denk dat daar de beste sprinters van dit moment zaten. Dat was echt leuk om daar drie top 10’s te halen en daar was ik ook heel tevreden van. Achteraf gezien wil je meer, maar het was zeker niet slecht.”

De Lie
Volgens Van de Paar verandert dat echter niets aan zijn status binnen de ploeg. Ook niet nu Arnaud De Lie steeds meer klassiekerrenner wordt. “Arnaud is nog altijd onze absolute topman, in de sprint ook. ik, Milan (Menten, red.) en Lionel (Taminiaux, red.) zijn samen de sprinters na hem. Hij blijft de beste sprinter. Het is moeilijk te zeggen waar ik sta ten opzichte van die mannen. Nu weet ik het nog niet, hoe ik me nu voel na mijn blessure. Daarvoor wilde ik mezelf er graag tussen zetten.”

Met de Scheldeprijs zit de eerste test er voor de Kempenaar weer op. Dat roept meteen de vraag op: what’s next? “Momenteel weet ik nog niet. We moeten kijken hoe we de Scheldeprijs evalueren. En dan gaan we bekijken hoe we de komende weken gaan invullen.”