Interview Met een jaartje vertraging maakt Joris Nieuwenhuis dit seizoen de aansluiting met de top van het veldrijden. De nog altijd maar 22-jarige Gelderlander wil dat crossen trouwens zo lang mogelijk blijven combineren met de weg. “Vanaf volgend seizoen pak ik het aan zoals Wout van Aert: een ingeperkt crossprogramma, in combinatie met het klassieke voorjaar.”

Joris Nieuwenhuis heeft zichzelf een gitaar beloofd. Maar die doet hij zich niet zomaar cadeau. Nee, pas na het behalen van een topvijfplaats in een grote cross mag hij dat ding kopen. “Helaas, het lukt mij maar niet”, lacht hij. “Ik werd al zesde in Ronse, in Niel en nu ook in Hamme (gisteren, red). Zevende op het EK ook, achtste in Tabor zaterdag. Negende in Gieten. Voor die top vijf moet ik dus nog een stapje zetten. Nu, die gitaar motiveert me wel, hoor. Een extra reden om hard te blijven werken.”

Drie ronden afzien
Toch doen we er maar beter aan de prestaties van de Sunwebprof naar waarde te schatten. Nieuwenhuis moet namelijk elke cross eerst een kwartier tot twintig minuten knokken vooraleer hij bij zijn rechtstreekse concurrenten aansluit. “In Hamme viel dat mee. Ik stond nog net op de tweede rij, waardoor ik vrij snel in de eerste achtervolgende groep zat. Maar in Tabor bijvoorbeeld stond ik pas op rij vijf. Steeds weer moet ik eerst die kloof gedicht krijgen. Meestal lukt me het pas in ronde drie om aan te pikken. En jawel, dat is meestal die ronde waarin Van der Poel wegrijdt, waardoor het achter hem opnieuw op een lint wordt getrokken. Dan zit je nog even langer à bloc.”

Beetje bij beetje stijgt Nieuwenhuis wel op de UCI-ranking, waardoor ook zijn startpositie steeds gunstiger wordt. “En als ik dan ook zelf nog een stapje vooruit zet, wordt het mijn doel om élke week mee te doen voor de top vijf. Eigenlijk was het vorig jaar al de bedoeling om een vaste waarde in de top tien te worden. Maar die blessure gooide toen roet in het eten. Ondertussen ben ik geopereerd aan de linker liesslagader en na een lange revalidatie loopt alles prima. Top vijf is  het volgende doel.”

Debuut in WorldTourteam
Nieuwenhuis, die in januari 2017 de beloftenwereldtitel pakte in Luxemburg, zal na zijn veldritseizoen een rustpauze nemen om ergens eind april, begin mei te hervatten op de weg. “Voor mijn debuut als WorldTour-renner, want ik zet de stap van het Sunweb Development Team naar het hoofdteam. Ik wil trouwens de weg en het veld blijven combineren. Al besef ik dat ik vanaf volgende winter dan wat minder crossen zal kunnen rijden. Ik zal het een beetje doen op de manier zoal Wout van Aert het nu aanpakt. Die reed zaterdag Tabor, maar paste voor Hamme. Op die manier hoop ik in 2020 fris aan de start van de klassiekers te staan en er iets te kunnen betekenen voor mijn ploegmaats.”