foto: Sirotti

Na een tijdje acclimatiseren, voelen Kenny van Hummel en Johnny Hoogerland zich al redelijk thuis bij hun nieuwe ploeg Androni Giocattoli – Venezuela. In een interview met de NOS spreken ze over hun omgang met ploegmaats en doelen voor het komende seizoen.

Kenny van Hummel
Kamikaze Kenny begint zijn seizoen binnenkort in de Ronde van Brazilië (2.2), waarna hij richting Azië trekt. “Ik ga al heel veel massasprints krijgen in de Ronde van Langkawi”, aldus de man die zich in 2014 vooral op kleinere koersen zal richten, eigenlijk zoals landgenoot Theo Bos dat eerder ook al zei. “Ik ga puur voor punten dit jaar. Geen grote koersen waar ik toch niet win. Ik wil punten om mogelijkerwijs weer op het hoogste niveau te komen in 2015. Maar als het me bevalt en ik kan bijtekenen hier, is dat ook prima.”

De sprinter zal vooral gaan werken aan zijn samenwerking met de 25-jarige Omar Bertazzo. “Ik heb een goede klik met hem”, zegt Van Hummel. “Savio belde onlangs nog. In het Engels. Of het een idee is om Omar en mij aan elkaar te koppelen. Hij kan mij goed afzetten in de sprint.” Terwijl vooral koersen als de Vierdaagse van Duinkerken op zijn programma staan, is de GP Etruschi daar vanaf gehaald. “Dat was voorheen altijd een sprinterskoers, maar ze hebben het parcours aangepast. Johnny rijdt daar nu in plaats van mij.”

Johnny Hoogerland
Hoogerland hoopt op meer lastige koersen, maar is nog minder zeker van zijn programma dan zijn landgenoot. “In maart rijd ik onder meer de Strade Bianche en Milaan-Sanremo. Ik hoop ook op de E3 Prijs, de Ronde van Vlaanderen en de Amstel Gold Race.” Voor die laatste twee moet Androni dan wel een wildcard ontvangen, voor de E3 Prijs en Gent-Wevelgem zijn die al binnen.

Verder voelen de Nederlanders zich op hun gemak bij de ploeg van Gianni Savio, al is de taalbarrière nog niet geheel overwonnen. “Het is hier allemaal wat closer dan bij Vacansoleil-DCM. Het is wel wat moeilijk communiceren soms, het gaat een beetje met handen en voeten. Het is een lastige taal, maar als zij normaal tegen ons praten, kan ik het wel volgen. Ik kan redelijk goed Frans, dat scheelt wel een beetje. Voor Kenny is het moeilijker.”

Van Hummel pakt er nu nog een woordenboek bij om de whatsapp-groepschat te ontcijferen, maar kan dankzij Italiaanse lessen al wel een koffie bestellen. Hij is allang blij dat hij nog profrenner is. “Ik ben als de sodemieter aan de slag gegaan met trainen, want er was wel wat gewicht bij gekomen. Heb een maand in Spanje gezeten om te trainen en ben weer acht kilo afgevallen. Ik sta nu scherper dan ooit.”