Een jaar heeft Ramon Sinkeldam in de rood-wit-blauwe driekleur mogen rijden, maar aanstaande zondag zal de Groupama-FDJ-renner alles moeten geven om de trui te behouden. De concurrentie ligt namelijk op de loer op de Brabantse Wal, waar dit jaar het Nederlands kampioenschap plaatsvindt. Wie gaat er dit jaar met de titel aan de haal? WielerFlits blikt vooruit.

Historie
Al sinds 1888 strijden vaderlandse coureurs met elkaar om de titel van beste Nederlandse wielrenner op de weg. In dat jaar was het Herman van Raden die de eerste nationale eer voor zich opeiste. In de jaren die volgden, schaarde een bekende naam zich tweemaal op de erelijst; Jaap Eden. Eden, bekend als wielrenner én schaatser, won het NK in 1893 en 1894.

Destijds mocht iedereen het NK rijden. In 1927 veranderde dat. Vanaf die editie mochten alleen beroepsrenners om de zege strijden. Joep Franssen werd dat jaar de eerste professionele Nederlands kampioen. De toppers uit de nationale wielerhistorie vulden in de decennia daarna de erelijst. Vaak werd de kampioenschappen in Limburg gehouden. Het is daarom ook dat klimmers als Joop Zoetemelk, Wim van Est en Johan van der Velde meerdere malen terug te vinden zijn op het palmares.

De afgelopen jaren werd het NK steeds vaker in diverse regio’s in Nederland georganiseerd, zoals in Drenthe, Zeeland en Zuid-Holland. Gevolg: meer snelle renners op de erelijst. Afgelopen jaar was de gemeente Montferland gastheer van het evenement. Toen ging Sunweb-renner Ramon Sinkeldam verrassend met de driekleur aan de haal. De Noord-Hollander liet na een machtige sprint Wouter Wippert en Dylan Groenewegen zijn hielen zien. Hij maakte deze winter de overstap naar Groupama-FDJ.

Laatste tien winnaars
2008:  Lars Boom
2009:  Koos Moerenhout
2010:  Niki Terpstra
2011:  Pim Ligthart
2012:  Niki Terpstra
2013:  Johnny Hoogerland
2014:  Sebastian Langeveld
2015:  Niki Terpstra
2016:  Dylan Groenewegen
2017:  Ramon Sinkeldam

Parcours
Het Nederlands kampioenschap op de weg voor mannen telt dit jaar een totale afstand van 221,6 kilometer over de Brabantse Wal, een verhoging in het zuidwesten van Noord-Brabant – nabij de Belgische grens. Deze verhoging zorgt in de wedstrijd zelf echter niet voor veel hoogtemeters – de Rijzendeweg in Woensdrecht mag met een gemiddeld stijgingspercentage van 3% over vijfhonderd meter niet voor geloste coureurs zorgen.

De koers is op te delen in een aanloop en in een lokaal circuit waarop de coureurs de wedstrijd gaan betwisten. De aanloop duurt bijna vijftig kilometer, waarin het peloton vanuit de Dorpstraat in startplaats Nispen finishplek Hoogerheide opzoekt. Dorpen als Kruisland, Steenbergen, Moerstraten zullen in de aanloop allen een passage van het peloton zien.

Daarna zal het peloton vijftien keer het lokale circuit van 11,5 kilometer afleggen, waarna een nieuwe Nederlands kampioen zich aandient. Op dit circuit maken de renners een ronde door Hoogerheide en doen zij ook het nabijgelegen dorpje Woensdrecht aan. De laatste vijf kilometer van elke omloop zijn het verraderlijkst. De renners zullen bij de les moeten blijven op de smalle klinkerweggetjes en in een aantal scherpe bochten.

Op de Bossestraat – op vier kilometer van de meet – moet het peloton een dalende strook met kasseitjes bedwingen. Hierna volgt een stukje asfalt, waarna er op en rondom de Rijzendeweg bijna twee kilometer aan klinkerstroken liggen. Deze oplopende weg in Woensdrecht fungeert al jaren als scherprechter voor amateur- en jeugdrenners in de Ronde van Woensdrecht, maar zal op het NK voor de profs hoogstwaarschijnlijk niet voor problemen zorgen.

Pas in de laatste kilometer krijgt het peloton weer asfalt onder de wielen. Op dat moment versmald echter de weg en is het voor de coureurs duwen geblazen om goed gepositioneerd de laatste tweehonderd meter in te gaan. Op de Scheldeweg kroont de nieuwe Nederlands kampioen zich in een licht oplopende finishstraat.

Favorieten

Jarenlang dicteerde Rabobank het NK voor de profs. Niet altijd won de sterkste man binnen hun ploeg, wel vaak de slimste. Die hegemonie werd doorbroken toen de ploeg verder ging als Blanco, Belkin en LottoNL-Jumbo. Winnen bleek voor de grootste Nederlandse formatie meer dan eens lastig. Dit jaar draagt de ploeg de verantwoordelijkheid van de koers, maar de vraag is of de andere kanshebbers zich zonder slag of stoot naar de slachtbank laten leiden.

De absolute topfavoriet om het NK op zijn naam te schrijven, is de coureur die dat in 2016 ook al deed: Dylan Groenewegen. In twee jaar tijd is er veel veranderd voor de 24-jarige Amsterdammer. Groenewegen is op dit moment misschien wel de snelste spurter ter wereld. Met negen seizoenszeges tot nu toe is hij een van de vaakst winnende renners in het profpeloton. LottoNL-Jumbo zal zondag alles op alles zetten om Groenewegen in de best mogelijke positie aan de laatste tweehonderd meter te laten beginnen. Als dat goed lukt, is het moeilijk om hem te kloppen.

Fabio Jakobsen is, na twee nationale titels op een rij bij de beloften, klaar om het dit jaar een stapje hogerop te proberen. Na overwinningen in Nokere Koerse, de Scheldeprijs en de Tour des Fjords aast de jongeling uit Heukelum nu op de driekleur én op het tackelen van wereldtopper Groenewegen. In Quick-Step Floors-ploeggenoot Niki Terpstra kan Jakobsen een ijzersterke locomotief hebben, al zal Terpstra zelf ook zijn kansen zien om een vierde driekleur te veroveren. De ervaren Noord-Hollander werd al drie keer eerder de beste van Nederland. In de tijdrit liet hij woensdag zien in orde te zijn.

Een Continental-renner als een van de topfavorieten op een Nederlands kampioenschap bij de profs. Het gebeurt niet vaak. Mathieu van der Poel is echter geen gewone en maakt in zijn thuisregio een uitstekende kans om de rood-wit-blauwe trui te veroveren. MVDP kan het op allerlei manieren. Hij is in ieder geval van plan om – net als twee jaar geleden – zijn stempel op de wedstrijd te drukken. De crossende mountainbiker van Corendon-Circus belooft een attractieve koers en hoopt bondgenoten voor een vlucht te vinden. En als dat al niet lukt, dan is hij misschien zelfs in staat om na zo’n lange koers Groenewegen en Jakobsen te vloeren in een veredelde massasprint.

Danny van Poppel zit in een lastig parket. Na Groenewegen is Van Poppel misschien wel de sterkste sprinter van Nederland, alleen heeft hij de pech dat hij de Amsterdammer voor zich moet dulden in de pikorde. Het zit echter niet in de lijn der verwachting dat de jongste telg van de broers Van Poppel zich moet opofferen voor Groenewegen, maar wel dat hij ten aanval zal trekken of zich alleen zal moeten positioneren voor de eindsprint – in beide gevallen is de Brabander dan een serieuze kanshebber.

Is driemaal scheepsrecht voor Wouter Wippert? De sprinter van Roompot-Nederlandse Loterij werd in 2016 tweede achter Groenewegen en een jaar later was alleen Sinkeldam nipt beter. De Wierdenaar kon toen alleen rekenen op de steun van Sebastián Langeveld. Dit jaar heeft Wippert meer dan tien renners aan zijn kant staan. Zijn seizoen begon kwakkelend, maar in de Vierdaagse van Duinkerke bewees de kopman van ploegleider Michael Boogerd de weg omhoog te hebben gevonden. Maakt Wippert het zondag wel af?

Dan mag hij niet opnieuw zijn meerdere erkennen in Ramon Sinkeldam. De Assendelfter wist vorig jaar verrassend te winnen en lijkt dit jaar bij Groupama-FDJ zijn draai te hebben gevonden als lead out van Arnaud Démare. Afgelopen weekend won Sinkeldam nog Paris-Chauny; daarmee lijkt hij goed genoeg in vorm te zijn om opnieuw kort te eindigen. Moreno Hofland zit bij zijn team Lotto Soudal in eenzelfde soort situatie als Sinkeldam, al zal de Roosendaler – die dus een bijna-thuiswedstrijd rijdt – meer moeten laten zien wil hij een bedreiging voor de andere sprinters vormen. Tot op heden houdt zijn seizoen niet over, maar hij is erop gebrand om in eigen regio een gooi naar de titel te doen.

Tom Dumoulin komt terug van een hoogtestage en zal zijn benen voor de Tour de France nog eenmaal willen testen. Zonder uitgesproken sprinter in de ploeg, zal Sunweb ten aanval moeten trekken. Als iemand dat kan, is het Dumoulin. Sluit niet uit dat de nummer twee van de voorbije Giro d’Italia een Jelle Nijdammetje doet aankomende zondag. Datzelfde geldt voor Cees Bol. De man in vorm van SEG Racing Academy is momenteel de leider in de Napoleon Games Cup én de Holland Cup. Als Bol meezit in een kleine groep, dan heeft hij zijn sprint als grote wapen. Hij hoeft in ieder geval niet onnodig veel kopwerk te verrichten, want hij start als eenmansploeg. Wellicht dat hij met Noord-Hollands Best-collega’s Terpstra en Sinkeldam een plannetje kan smeden.

Outsiders
Een hoop outsiders dromen van de trui zondag, maar stuiten op een parcours dat wellicht niet helemaal op hun maat geschreven is. Dylan van Baarle is een van hen. Hij had wellicht op een iets selectiever parcours gehoopt. De kersverse Nederlands kampioen tijdrijden behoort samen met onder anderen Van der Poel, Dumoulin en Terpstra tot het kransje coureurs dat zonder enige twijfel in de finale ten aanval trekt.

Dat kan ook weleens het geval zijn voor Mike Teunissen. Teunissen heeft dit jaar opnieuw een stap in zijn ontwikkeling gezet en is daarnaast ook nog eens rap na een zware koers. Teunissen is bij Sunweb samen met Dumoulin de man die mee moet zitten als een ontsnapping het haalt tot de finish. Jan-Willem van Schip krijgt bij Roompot-Nederlandse Loterij waarschijnlijk diezelfde taak mee. Net als Teunissen beschikt ook hij over snelle benen na een zware koers.

Bram Welten is dit jaar zijn profcarrière gestart bij Fortuneo-Samsic. Voorlopig doet de Noord-Brabander dat niet onverdienstelijk. Hij behaalde enkele mooie ereplaatsen in de Baloise Belgium Tour en de Scheldeprijs. Op het NK zal het neefje van de Van Poppels datzelfde doel nastreven. Wesley Kreder is net als Welten een ProContinental-renner. Ook voor Kreder is winnen misschien iets te veel van het goede, maar dromen mag.

Tot slot nog een aantal sterke continentale renners om het lijstje der outsiders rond te maken. Sprinters als André Looij, Johim Ariesen en Wim Stroetinga behoren tot de snelste jongens uit het continentale circuit. Als zij zondag excelleren in Hoogerheide, dan is zelfs winst in het gekste geval niet onmogelijk. Twee jaar geleden bewees Stroetinga dat al in Ouddorp, door als derde mee te gaan op het podium. Maarten van Trijp komt uit de regio en weet zondag dus de weg. De 24-jarige renner van DESTIL-Parkhotel Valkenburg is bovendien één van de beste Nederlandse continentale renners van het jaar.

De laatste outsider is Piotr Havik. De renner van BEAT is bezig aan een ijzersterk seizoen. Als Havik wil winnen zondag, dan zal hij solo binnen moeten komen. In de Market Heistse Pijl toonde Havik zich al van zijn beste kant en in de Ronde van Overijssel maakte de Westlander het zelfs af.

Favorieten volgens WielerFlits
**** Dylan Groenewegen
*** Fabio Jakobsen, Mathieu van der Poel
** Niki Terpstra, Danny van Poppel, Wouter Wippert
* Ramon Sinkeldam, Cees Bol, Moreno Hofland, Tom Dumoulin

Deelnemerslijst

Weer en TV
Het regent zweetdruppels in Noord-Brabant zondag. Met een temperatuur van dertig graden, draait het uit op een uitputtingsslag. Wie niet genoeg drinkt tijden de wedstrijd, zal de finish niet halen. Windkracht drie is niet krachtig genoeg om op de grotendeels bebouwde omloop voor een schifting te zorgen.

De NOS zal het NK live uitzenden op zowel de TV als de website. De hele koers is rechtstreeks te zien via NOS.nl. Op NPO 1 is het begin van de koers te zien van 13.05 tot en met 13.45 uur. Het laatste uur van de koers is vanaf 15.03 uur live te zien op televisie bij NPO 2.

---

[poll id=”833″]