Disciplinaire commissie UCI schorst Marc Bracke voor drie jaar
foto: Cor Vos
woensdag 23 juni 2021 om 16:10

Disciplinaire commissie UCI schorst Marc Bracke voor drie jaar

Update Marc Bracke is door de disciplinaire commissie van de Internationale Wielerunie (UCI) voor drie jaar geschorst. In een eigen statement laat Doltcini-Van Eyck Sport-Proximus weten dat Bracke het oneens is met de uitspraak. Hij gaat in hoger beroep bij het Hof van Arbitrage voor Sport (CAS).

De ethische commissie van de UCI gaf in oktober vorig jaar aan dat de ethische code van de wielerunie is geschonden en dat intimidatie van meerdere rensters bewezen is. In afwachting van de uitspraak werd Bracke door onder meer Flanders Classics verzocht om niet meer bij koersen van deze organisatie aanwezig te zijn.

De disciplinaire commissie van de UCI heeft de strafmaat op drie jaar bepaald. Hij mag op geen enkele manier betrokken zijn in het wielrennen. Om na zijn schorsing opnieuw welkom te zijn, moet Bracke een bewustwordingsprogramma volgen bij een erkend instituut.

Belangrijk precedent
In het communiqué spreekt de UCI van een belangrijk precedent. “Voor het welzijn van atleten is het essentieel dat ze vertrouwen kunnen hebben in de instituties en dat ze zich vrij voelen om elke vorm van misbruik te melden.”

De ploeg stelt dat Bracke nooit is gehoord in de zaak tegen hem. “Zijn recht om zich te verdedigen is niet gerespecteerd. Marc Bracke heeft te allen tijde de geheimhouding van het onderzoek gerespecteerd, in tegenstelling tot Sicot die voortdurend campagne voerde en geregeld informatie lekte uit het onderzoek.”

“We blijven ervan overtuigd dat haar enige drijfveer was om haar dopingschorsing ingekort te zien worden. Dat is haar gelukt. In Frankrijk is intussen een zaak opgestart tegen Sicot voor valse aantijgingen.” Voor Doltcini-Van Eyck Sport-Proximus is het “duidelijk dat dit geen eerlijk proces is. Daarom zal Marc Bracke bij het CAS in hoger beroep gaan.”

In een nieuw persbericht stelt de UCI overigens dat Bracke wel de mogelijkheid is geboden om zich te verdedigen, “zowel voor de ethische als de disciplinaire commissie. “Het feit dat geen van beide commissies het nodig om een mondelinge hoorzitting te houden betekent niet dat zijn recht is gerespecteerd. De UCI erkent het recht van de heer Bracke om naar het CAS te stappen, maar is teleurgesteld met het door het team gepubliceerde bekendmaking vanwege de lasterlijke aard van de tekst.”

Sicot: “Erkenning als slachtoffer voelt goed”
In gesprek met de Franse krant La République du Centre laat Marion Sicot weten opgelucht te zijn met de uitspraak. “Vandaag word ik erkend als slachtoffer en dat voelt goed. Ik werd geschorst vanwege mijn fout, maar hij ging al die tijd gewoon door met zijn leven. Hij was nog steeds de ploegleider en ik had de indruk niet gehoord te worden. Dat was erg moeilijk om mee te leven.”

Sicot bevestigt dat er een hoger beroep komt bij het CAS. “Ik zou hem graag recht in zijn gezicht willen aankijken, zodat hij me kan vertellen waarom hij me dit allemaal heeft aangedaan”, vervolgt ze. “Drie jaar schorsing is niet niks. Ik hoop dat hij zijn fouten inziet. Wat de strafzaak betreft is er geen nieuws. Het dossier ligt bij het parket van Montargis. Ik hoop dat dit jaar alles rond zal zijn, zodat ik de bladzijde om kan slaan.”


Update – ‘Procesrechten volledig nageleefd’

Na het statement van Doltcini-Van Eyck Sport-Proximus laat de UCI in een reactie weten dat de procesrechten van Marc Bracke wel ‘volledig zijn nageleefd’. “Hij kreeg namelijk de kans om zijn verdediging aan zowel de ethische commissie als de disciplinaire commissie van de UCI voor te leggen. Dat geen van beide commissies het nodig vond om een hoorzitting te houden, betekent niet dat zijn recht om te worden gehoord niet werd gerespecteerd.”

De bond erkent dat Bracke in beroep mag gaan bij het CAS, maar ‘betreurt het statement van de ploeg vanwege het lasterlijke karakter’. “De UCI heeft een verantwoordelijkheid om te zorgen voor een respectvolle omgeving voor alle betrokkenen en verwerpt de reputatieschade van Marion Sicot. De disciplinaire commissie heeft in haar beslissing heel duidelijk gemaakt dat de zaak alleen betrekking heeft op het gedrag van de heer Bracke jegens de indieners van de klachten. Verwijzingen naar de reputatie van de rensters die zijn gedrag aan de kaak stelden of de context waarin de aanklachten zijn gedaan, zijn niet relevant voor de beoordeling van de feiten.”

Lees ook:

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.