Filippo Pozzato wil meer dan alleen wielerweek in Veneto, met Flanders Classics als inspiratiebron
foto: Giro del Veneto/Poci’s Pix
Nick Doup
maandag 16 oktober 2023 om 19:15

Filippo Pozzato wil meer dan alleen wielerweek in Veneto, met Flanders Classics als inspiratiebron

Interview Op zondag 15 oktober eindigt het Europese wielerjaar in de Veneto Classic, sinds 2020 het kindje van Filippo Pozzato en zijn organisatie. De Italiaanse oud-wielrenner bouwt sindsdien aan een wielerweek in zijn thuisregio, met ook de Giro del Veneto, een gravelkoers en een toertocht. In een uitgebreide babbel met WielerFlits legt hij uit hoe hij de toekomst van de koersen voor zich ziet en welke rol Flanders Classics daarin speelt.

De editie van de Veneto Classic 2023 kent een vernieuwd en zwaar parcours, met ongeveer 2.500 hoogtemeters. “We rijden meerdere lokale omlopen. We gaan vier keer over La Rosina (2,1 aan 6,5%), vier keer over La Tisa (330 meter aan 15,2%) en dan hebben we nog een gravelklim aan het einde. Dat is de Diesel Farm (1,3 km aan 10,9%), een landgoed van de baas van Diesel, het kledingmerk. Hij beheert daar een heuvel waar hij wijn verbouwt, olijven teelt en een eigen boerderij heeft.”

“Door op al die plekken langs te gaan, wil ik de renners echt laten ervaren wat Veneto is”, is hij trots op zijn regio. Daarbij gebruikt Pozzato ook zijn netwerk voor een zo mooi mogelijk parcours. De klim naar La Tisa is bezaaid met kasseien, maar hij was niet zeker om die op te nemen. Daarom vroeg hij Vincenzo Nibali, Sonny Colbrelli, Matteo Trentin en Elia Viviani om langs te komen en de klim te testen. “Ik wilde het eerst aan hen vragen. Het is de perfecte situatie als je op dat gebied goed samenwerkt met de ploegen en de renners.”

Daarnaast wil Pozzato een nieuw publiek aanspreken en er een volksfeest van maken. “De Vlaamse klassiekers zijn echt een inspiratie. Voor mij is de Ronde van Vlaanderen de mooiste wedstrijd ter wereld, niet Milaan-San Remo”, zegt hij. “Er staan daar zoveel mensen langs de weg en de koersbeleving is er zo anders. Als je de dag van tevoren komt, is het al een groot wielerfeest. Dat wil ik ook met de Veneto Classic. We hebben onverharde wegen, we hebben meerdere lokale rondes en we hebben een fanzone waar toeschouwers tegen betaling naar binnen kunnen. Dat wordt echt een feest. Voor Italië is dat nieuw, volgens mij.”

‘Het wielrennen in Italië veranderen? Dat is niet onmogelijk’
Volgens de Italiaans kampioen van 2009 is die verandering nodig binnen het wielrennen in zijn land. “Fietsen in Italië heeft een groot probleem”, aldus Pozzato. “De wielerfan is te oud. Ik wil proberen dat te veranderen, om jongeren ook aan te trekken. Het moet een feest zijn om de koers heen. Voor mij is wielrennen de mooiste sport die er is, maar de bevolking is heel oud en het is niet aantrekkelijk voor de jeugd. Die verandering is niet makkelijk, maar ook niet onmogelijk.”

De steile La Tisa zit vier keer in het parcours – foto: Cor Vos

Geld is een van de problemen waar Pozzato met zijn organisatie (PP Sport Events) tegenaan loopt. Daarom heeft hij een blik geworpen op hoe Flanders Classics het aanpakt rondom, voornamelijk, de Belgische klassiekers. Zo is er ruimte voor hospitality op verschillende niveaus. Dat dat plan niet meteen slaagt, weet hij. “Maar je moet ergens beginnen. Je begint met één betalende klant, dan zijn het er een jaar later vijf en daarna tien. Onze VIP-ruimte is het niet te vergelijken met die op de Koppenberg. De situatie is heel anders, maar ik probeer er wel van te leren.”

“Het gaat mij niet om het geld, maar om de duurzaamheid van mijn wedstrijden. Anders is het over drie of vier jaar klaar. We hebben nu een paar grote en trouwe sponsoren, die voor drie of vier jaar getekend hebben, tot en met 2025. Zo kunnen we ook toekomstgericht werken”, aldus Pozzato. “En elk jaar ontvang ik een vast bedrag van de regio Veneto. Dat is heel belangrijk, zij zijn de basis en zonder hen kon ik hier niet aan beginnen in 2020.”

Investering
‘Pippo’ Pozzato merkt dat zijn organisatie stappen maakt. “Het wordt elk jaar beter. Nu heb ik een product dat ik kan laten zien aan mogelijke partners. Crédit Agricole was eerst sponsor bij ons en is daarna ook ingestapt bij RCS, maar zij zien dat er wel verschil is tussen onze organisaties. Als ik sponsorgeld over heb, dan wil ik mijn wedstrijd daar elke keer beter van maken. Ik zie dat als een investering.”

Ook denkt hij eraan om meer Italiaanse wedstrijden aan zijn portefeuille toe te voegen. Zo zou Pozzato graag de Giro dell’Emilia overnemen van de huidige organisator, maar daar zitten nog veel haken en ogen aan. Onder meer de bureaucratie rondom het organiseren van koersen – met naast de nationale bond ook nog Lega (koepel van professionele wielerwedstrijden) – en geld vormen op dit moment nog een obstakel. “Het systeem is gewoon heel lastig in Italië”, erkent hij.

September of oktober?
Sinds de Veneto Classic in 2021 terugkeerde op de kalender, wordt de koers half oktober verreden. Er was geen plek eerder in het seizoen. “Ik wilde het in de eerste week van september. Dat zou dan botsen met de Vuelta, maar dat zie ik niet als een groot probleem. Maar nu is China een concurrent geworden. Zij betalen veel en veel renners en teams gaan daar naartoe”, ziet ook Pozzato.

“Ik wil mijn wedstrijden nu wel weer verplaatsen naar september. Dat moet mogelijk zijn en daarover wil ik praten met de UCI. Zij willen Serenissima Gravel (de gravelwedstrijd die Pozzato organiseert, red.) in juni doen in de UCI Gravel World Series, wat dan ook misschien betekent dat we de andere koersen in één weekend kunnen organiseren: op vrijdag de Giro del Veneto, zaterdag de toertocht en op zondag de Veneto Classic.”

“Volgend jaar wordt dat lastig, maar over twee of drie jaar lukt het misschien wel”, geeft de winnaar van Milaan-San Remo 2006 aan. “Ik vind een combinatie van twee koersen op vrijdag en zondag beter. Dan hebben de renners tussendoor een rustdag. Zie het als de E3 Prijs en Gent-Wevelgem.”

Bij de herintroductie van de Veneto Classic sprak Pozzato nog over het doel om die koers in de WorldTour te krijgen. “Dat is iets voor de lange termijn. De eerste twee jaren waren we UCI 1.1 en nu zitten we in de ProSeries. De stap naar de WorldTour kost dubbel zoveel, maar dan kan je ook meer sponsors krijgen omdat er veel meer grote ploegen zijn. Maar voor nu ben ik blij met deze eendagskoersen, als organisatie is dat beter behapbaar.”

Pozzato in gesprek met Gianni Vermeersch vlak voor Serenissima Gravel – foto: WielerFlits

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.