Miguel Ángel López is niet ongeschonden uit de negende etappe van de Vuelta gekomen. De kopman van Astana was op de slotklim naar Cortals d’Encamp ten aanval getrokken, maar kwam vervolgens in het noodweer op de gravelstrook ten val. “Ik ging hard een bocht in, maar raakte Sergio Higuita van achteren en ging naar de grond”, beschrijft López tegen AS.

De strook, die er lag in aanloop naar de slotklim, was anderhalve kilometer lang. Precies toen de renners daar arriveerden, brak de hemel open. López kon zichzelf dus niet overeind houden. “Er is niets ernstigs. Ik ben een beetje geschaafd, maar dat is normaal. Mijn fiets kraakte daarna een beetje, maar het verlies had achteraf slechter kunnen uitvallen. Het beste is dat de ploeg prima rijdt.”

De Colombiaan vraagt zich wel af of de rit door had kunnen gaan met de omstandigheden van de finale. “Ik denk dat het gestopt had kunnen worden. Op mijn armen lijkt het alsof ik beschoten ben. Het was ook best gevaarlijk, maar gelukkig overviel het ons niet in een afdaling. Er was ook veel hagel en mijn fiets gleed ook weg, maar het is gelukkig voorbij”, zegt Superman. Op dezelfde gravelstrook ging ook Primoz Roglic onderuit.