Interview Twee maanden na zijn knieoperatie gaat het de goede kant op met Benjamin Declercq. Al verwacht de aanwinst van Arkéa-Samsic nog niet te veel van het voorjaar. “Pas tegen eind april moet ik de beste vorm te pakken kunnen krijgen.”

“De conditie is zeker nog niet wat ze moet zijn”, verzekert Declercq ons. “Na de operatie kan ik een vijftal weken niet fietsen. In het begin mocht dan ik heel rustig fietsen om de knie niet te veel te belasten. Pas sinds heel recent mag ik de intensiteit op training beetje bij beetje opdrijven.”

Op ploegstage in Calpe werkte de West-Vlaming wel nog een individueel programma af. “Al was ik niet helemaal alleen. Mijn ploegmaat Franck Bonnamour had ook een knieoperatie ondergaan, dus trok ik veel met hem op. Die stage was wel vrij zwaar. De combinatie revalideren en trainen is niet te onderschatten. Maar het was toch best dat ik niet meeging met de rest van de ploeg. Dat niveau kon ik nog niet aan”, vertelt Declercq.

Aan de kant sinds Tour of Britain
De jongere broer van Tim kwam niet meer in actie sinds de Tour of Britain in september vorig jaar. Midden maart hoopt hij zijn rentree te maken. “Waarschijnlijk wordt Nokere Koerse of de GP Jean-Pierre Monseré mijn eerste koers. Daarna volgen normaal gezien de GP Denain, Brugge-De Panne, de Scheldeprijs en Parijs-Roubaix.” De Ronde van Vlaanderen staat voorlopig niet op het programma. “De wildcards zijn nog niet uitgedeeld, maar onze ploeg rekent niet op een deelname. Al ben ik natuurlijk kandidaat als we wel mogen meedoen.”

Uitschieters qua resultaten verwacht Declercq nog niet in het voorjaar. “Het volledige peloton piekt naar de maanden maart en april, terwijl ik pas in januari rustig kon beginnen fietsen. Die achterstand is onoverbrugbaar. Tegen eind april, begin mei, wanneer de andere renners wat rust nemen, hoop ik goed te zijn.”