Hoe de Ronde van Vlaanderen zich sinds 1913 ontwikkelde tot wielererfgoed
foto: Cor Vos
donderdag 4 januari 2024 om 08:00

Hoe de Ronde van Vlaanderen zich sinds 1913 ontwikkelde tot wielererfgoed

Elk voorjaar is het uitkijken naar De Hoogmis, de wielerkoers die beter bekend staat als Vlaanderens Mooiste. Als wielerliefhebbers zeggen dat ze uitkijken naar ‘De Ronde’ dan kan dat maar een ding betekenen: de Ronde van Vlaanderen komt er weer aan. Niet voor niets wordt Vlaanderen gezien als hét mekka van het wielrennen. Al die liefde voor de sport en de coureurs komt tot uiting op de dag van De Ronde. WielerFlits neemt je mee in de uitgebreide historie.

Met de gevleugelde uitspraak ‘Heeren, vertrekt’ begon op zondag 23 mei 1913 de allereerste editie van de Ronde van Vlaanderen. Het peloton, dat tegenwoordig uit om en nabij de tweehonderd renners bestaat, telde in 1913 slechts 37 coureurs. Deze dappere lieden begonnen op de Korenmarkt in Gent aan een tocht van 324 kilometer over slechte steenwegen richting de wielerbaan in Mariakerke.

Ze werden tot het uiterste gedwongen, die dag, en de eersten bereikten pas na meer dan twaalf uur in het zadel de finish. De allereerste winnaar was niet geheel toevallig een lokale favoriet: de in Rekkem geboren Paul Deman.

Wat Paul Deman toen nog niet wist, is dat de wedstrijd in daaropvolgende decennia alsmaar populair werd en wist uit te groeien tot een van de grootste koersen op de wielerkalender. Zeker voor de renners met een voorliefde voor het stuiteren over slecht liggende kasseien.

Het idee om een dergelijke wielerkoers te organiseren op Vlaamse bodem, kwam uit de koker van (sport)journalist Karel Van Wijnendaele. De geestelijk vader van de Ronde van Vlaanderen was met zijn nieuwe krant De Sportwereld op zoek naar hogere oplagecijfers en dus moest een heroïsche wedstrijd in Vlaanderen dienen als publiciteitsstunt.

Zelfs Eddy Merckx ziet af op de Koppenberg – foto: Cor Vos

Er is sindsdien veel veranderd. Zo trokken de renners in de begindagen van de Ronde niet tot nauwelijks over de Vlaamse hellingen. Kasseien waren er in overvloed, maar werden vaak ook weer uit het parcours gehaald, ook al omdat het landschap aardig was herschapen na de puinhopen van de Tweede Wereldoorlog. De organisatie kwam al snel tot het besef dat de koers meer spankracht nodig had. Men besloot buiten de gebaande paden te treden, op zoek naar spektakel.

En zo werd het zwaartepunt van de koers langzaam maar zeker verlegd naar de Vlaamse Ardennen. De Kluisberg, Kwaremont en Kruisberg waren de eerste kuitenbijters, maar in 1950 kwamen de verantwoordelijken ook met een nieuwe helling op de proppen: de Muur van Geraardsbergen.

Twintig jaar later werd de kasseienklim richting het kapelletje een vast ankerpunt en zo een jaarlijks terugkerende scherprechter. In de jaren zeventig van de vorige eeuw trokken de renners ook voor het eerst naar de voet van de Oude Kwaremont en de nog altijd gevreesde Koppenberg. De puzzelstukjes vielen zo ineen.

Maar genoeg over de vroege geschiedenis van de Ronde van Vlaanderen en het parcours. Wie een blik werpt op de erelijst, ziet veel grote namen passeren. Wat echter ook meteen opvalt, is dat het niet evident is om een koers als de Ronde meerdere malen te winnen.

Eddy Merckx won in zijn carrière zeven keer Milaan-San Remo, maar ‘slechts’ twee keer de Ronde van Vlaanderen. Zijn generatiegenoot en grote rivaal Roger De Vlaeminck won in zijn gloriejaren klassiekers bij de vleet, maar was slechts één keer de beste in zijn thuisklassieker. En daar was ook nog eens de diskwalificatie van Freddy Maertens voor nodig.

Johan Museeuw en Peter Van Petegem, twee toonaangevende figuren in de jaren negentig en nul – foto: Cor Vos

De Ronde van Vlaanderen is met andere woorden een verdraaid lastige koers om te winnen, maar Achiel Buysse (1940, 1941 en 1943), Fiorenzo Magni (1949, 1950 en 1951), Eric Leman (1970, 1972 en 1973), Johan Museeuw (1993, 1995 en 1998), Tom Boonen (2005, 2006 en 2012) en Fabian Cancellara (2010, 2013 en 2014) slaagden er wel in om deze monumentale klassieker tot drie keer toe op hun erelijst te plaatsen. Deze kampioenen zijn, tot op heden, de recordhouders. Mathieu van der Poel zou zich als tweevoudig winnaar bij dit rijtje kunnen voegen.

Als we nog eens goed kijken naar de erelijst, zien we maar liefst 69 Belgische vlaggetjes. Dat mag overigens geen verbazing wekken. De eerdergenoemde Paul Deman was in 1913 de eerste Belgische triomfator, maar ook van de Ronde tout court. Philippe Gilbert is voorlopig de laatste Belg die als winnaar over de streep kwam, inmiddels alweer van 2017 geleden.

Nederland staat tweede op de landenranking, net voor Italië. Magni (3x), Dino Zandegu, Moreno Argentin, Gianni Bugno, Michele Bartoli, Gianluca Bortolami, Andrea Tafi, Alessandro Ballan en Alberto Bettiol bezorgden de Italianen in totaal elf zeges. Nederland heeft er twaalf, dankzij Wim van Est, Jo de Roo, Evert Dolman, Cees Bal, Jan Raas (in 1979 en 1983), Hennie Kuiper, Johan Lammerts, Adrie van der Poel, Niki Terpstra en Mathieu van der Poel (in 2020 en 2022).

Fabian Cancellara neemt in 2016 afscheid van het Vlaamse publiek – foto: Cor Vos

Laatste tien winnaars flag-be Ronde van Vlaanderen
2023: flag-si Tadej Pogačar
2022: flag-nl Mathieu van der Poel
2021: flag-dk Kasper Asgreen
2020: flag-nl Mathieu van der Poel
2019: flag-it Alberto Bettiol
2018: flag-nl Niki Terpstra
2017: flag-be Philippe Gilbert
2016: flag-sk Peter Sagan
2015: flag-no Alexander Kristoff
2014: flag-ch Fabian Cancellara

De Ronde van Vlaanderen staat in het seizoen 2024 gepland op zondag 31 maart 2024.


Pogacar was, na Bobet en Merckx, de derde Tour-winnaar die ook de Ronde won – foto: Cor Vos

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.