Niels Bastiaens

• vrijdag 26 november 2021 om 09:38

Interview Jente Michels is de ietwat verrassende naam van bondscoach Sven Vanthourenhout in de wereldbekerselectie voor Besançon. De 18-jarige belofte komt net over van de junioren en is dus nog bitterjong, maar staat zijn mannetje op het hoogste niveau. Hoog tijd voor een kennismaking.

De nieuwe edtie van RIDE Magazine is nu verkrijgbaar! Onze nieuwe 188 pagina’s dikke voorjaars-editie staat vol met schitterende wielerverhalen over o.a. Mathieu van der Poel, Lotte Kopecky, Demi Vollering, Sepp Kuss en Matej Mohoric. Verzeker je van jouw exemplaar en bestel hem nu online voor slechts € 9,95. Wil je RIDE extra voordelig ontvangen? Neem dan nu een abonnement en ontvang 20% korting!

“Sorry dat het interview iets later moest. Ik was op school tot 16 uur, een uur later kwam ik thuis en daarna moest ik nog twee uur gaan trainen”, vertelt de student lichamelijke opvoeding ons rond de klok van 19.30 uur.

De combinatie studeren-profsport, het is iets wat je steeds vaker hoort bij jonge renners. “Het valt eigenlijk best goed mee. Ik neem 33 studiepunten op in plaats van 60. Zo kan ik mijn studie spreiden over zes jaar, wat het gemakkelijker combineerbaar maakt. In de praktijk zit je niet meer dan zes à zeven uur per week op de schoolbanken. Vroeger was zoiets niet mogelijk, maar ik denk dat het goed is om iets achter de hand te hebben. Je weet nooit wat de toekomst brengt…”

Voorlopig ziet die toekomst er behoorlijk rooskleurig uit. Michels is dan wel eerstejaarsbelofte, toch toonde hij al potentieel. Achtste op het EK, zevende in de wereldbekermanche in Tabor en tweede in de Duinencross (allen bij de beloften): niet veel 18-jarigen krijgen dat klaargespeeld. Op de koop toe leverde het Michels een startplek bij de grote jongens op.

“Aan het begin van het seizoen zei ik tegen iedereen: ik ga superblij zijn als ik eens geselecteerd word voor een wereldbekercross bij de beloften. Het was dus boven de verwachtingen dat ik zo snel mee naar Tabor en het EK mocht”, vertelt Michels. “Een selectie bij de profs afdwingen, daar had ik helemaal niet op gerekend. Maar toen Sven Vanthourenhout mij in Tabor kwam vertellen dat hij voor elke wereldbeker een tweetal beloften mee wilde nemen, voelde ik het al een beetje aankomen dat hij mij op het oog had. Ik denk dat mijn constante daar voor iets zal tussen zitten.”

Foto: Cor Vos

Crossloze winter
Het is vooral straf dat Michels, die als junior vorig jaar amper twee UCI-crossen kon rijden vooraleer de coronaregels alleen nog maar profsport toelieten, er zo snel weer staat na een verloren winter. “Maar die crossloze periode heeft me ook nieuwe inzichten gegeven. Normaal rijd ik in de zomer amper drie à vier eendagskoersen op de weg, nu had ik opeens ruimte om wat rittenkoersen op de planning te zetten, en daarnaast ook het EK en WK voor junioren op de weg mee te pikken.”

“Die wedstrijden waren nodig om de koershardheid weer in de benen te krijgen, maar het was ook een leuk experiment. Ik heb nooit veel aandacht aan de weg gegeven, maar ik sta nu toch versteld dat mijn motor aanzienlijk is vergroot door die langere inspanningen. Zeker voor herhaling vatbaar.”

Wat dat betreft, zit Michels bij Alpecin-Fenix op rozen. Kopman Mathieu van der Poel combineert al jaren weg, veld en mountainbike bij de formatie van de Roodhooft-broers, en ook Tim Merlier en Gianni Vermeersch zijn op meerdere fronten actief. “Na de zomer had ik aanbiedingen van grote wegploegen, maar voor mij was Alpecin-Fenix de meest logische keuze. Hier is die combinatie van disciplines evident, en kan ik mezelf de komende jaren rustig ontdekken.”

De jonge renner uit De Pinte noemt Van der Poel een grote inspiratie. “Ik ben al van jongs af een hevig supporter. Als kind was Mathieu altijd een idool. Het is zalig om tijdens een ploegtraining soms een praatje met hem te kunnen slaan, dat geeft echt een kick. Het zorgt er trouwens ook voor dat ik er steeds harder voor wil werken, want bereiken wat hij heeft gepresteerd, is een droom. Momenteel richt ik me alleen nog op veldrijden, maar dat zei Mathieu vijf of zes jaar geleden ook. Bij het Development Team zal ik kunnen ontdekken hoe ver ik kom op de weg, en misschien ga ik binnen een aantal jaar wel dezelfde weg als hem op. Dat zou héél mooi zijn.”

Foto: Cor Vos

“Maar ik besef ook: iemand als Mathieu willen evenaren, dat wordt heel moeilijk. Net als Wout van Aert hebben we het over een supertalent, en ik weet bij lange nog niet hoe groot mijn motor ooit zal zijn”, aldus een nuchtere Michels. “Alleszins droom ik er wel van om ooit een wereldtitel te pakken in de cross, en wie weet binnen twee jaar al een eerste profzege.”

Stelen met de ogen
Eerst nog maar even vooruitblikken op zijn eerste wereldbeker bij de profs, zondag in het Franse Besançon. “Met echte ambities mag ik niet aan de start staan, dat zou niet realistisch zijn”, zegt Michels. “Ik kan er moeilijk een uitslag op plakken. Ik ben eigenlijk al blij dat ik überhaupt mag starten. De stap van junior naar de beloften was al een heel grote, die ik goed heb verteerd. Maar dit is nog twee niveaus hoger. Bijna twintig minuten langer dan de crossen die ik gewoon was.”

“Het échte doel is veel bijleren. Al van bij de opwarming wil ik constant stelen met de ogen. Dat probeer ik op elke ploegtraining met Mathieu trouwens al te doen, maar ik ga mij toch ook eens in het wiel van Toon Aerts of Eli Iserbyt zetten en goed opletten hoe zij hun bochten aansnijden. Een rondje later kan ik dat dan zelf uittesten. Het zijn die kleine dingen die mij vooruit kunnen helpen en die kans wil ik graag grijpen.”

Michels is dan ook ambitieus. “Je wil niet weten wat voor een teleurstelling het vorig jaar was toen ik te horen kreeg dat de kampioenschappen voor junioren niet door mochten gaan. Je mag het vragen aan iedereen: ik was klaar om mee te doen voor een trui, maar die kans komt helaas nooit meer terug… Dit jaar bij de beloften zal een trui allicht te vroeg komen, maar ik wil wel meedoen voor het podium op het BK. En wie weet dan ook geselecteerd worden voor het WK bij de beloften. Dat zou een droom zijn die in vervulling gaat.”