Voorbeschouwing: Ronde van Catalonië 2022
foto: Cor Vos
Koen Middendorp
maandag 21 maart 2022 om 07:40

Voorbeschouwing: Ronde van Catalonië 2022

In Vlaanderen en omstreken gaan de wielerharten steeds sneller kloppen, nu de kasseiklassiekers voor de deur staan. Maar ook in Spanje maakt men zich op voor een koers met allure. In de 101ste editie van de Ronde van Catalonië (21-27 maart) kruisen heel wat topklimmers de degens. Wie we in de gaten moeten houden? WielerFlits blikt vooruit!

Historie

We beginnen deze voorbeschouwing met een korte orde aan Mariano Cañardo (1906-1987), die zonder overdrijving toch kan worden beschouwd als een pionier van het Spaanse wielrennen. De man die het levenslicht zag in het kleine dorpje Olite, een groot gedeelte van zijn jeugd doorbracht in de provincie Navarra maar op 13-jarige leeftijd vertrok naar Barcelona, waar hij werd opgevangen door zijn zus. Daar kwam Cañardo, die op jonge leeftijd beide ouders verloor, in aanraking met de fiets. Al snel bleek hij over het nodige talent te beschikken en in 1926, op amper 20-jarige leeftijd, maakte Cañardo de stap naar de profs.

De rest is geschiedenis, want Cañardo groeide in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw uit tot een van de meest succesvolle Spaanse renners van zijn tijd. De Bask wist als wielerpionier het Spaanse wielrennen op de kaart te zetten en nieuwe generaties te inspireren. Julián Berrendero, Bernardo Ruiz en Federico Ezquerra zijn schatplichtig aan Canãrdo, net als in de jaren vijftig en zestig ontstane generatie met zijn vaandeldragers Federico Bahamontes, Jesus Loroño, Julio Jiménez en Miguel Poblet. In 1943, ten tijde van de puinhopen van de Tweede Wereldoorlog, besloot de toen 37-jarige Cañardo zijn fiets aan de wilgen te hangen.

Miguel Induráin is een drievoudige winnaar – foto: Cor Vos

De van oorsprong Baskische Cañardo vierde zijn grootste successen met name in Catalonië, toch wel zijn tweede thuis. In 1928 schreef hij voor de eerste keer zijn naam op de erelijst van de Ronde van Catalonië en in 1929, 1930, 1932, 1935 en 1936 herhaalde hij dit kunststukje. Zijn zevende en laatste eindzege kwam er in 1939, nadat de koers twee jaar geen doorgang kon vinden wegens de Spaanse Burgeroorlog. Met liefst zeven eindoverwinningen mag Cañardo zich, bijna 35 jaar na zijn overlijden in 1987, nog altijd recordhouder noemen. Het is maar zeer de vraag of dit record ooit uit de boeken zal worden gereden.

De naam van Cañardo is kortom onlosmakelijk verbonden met de rittenkoers, die in 1911 het levenslicht zag en daarmee een van de oudste rittenkoersen is op de kalender. De schrijvende journalist Miguel Arteman, zijn baas Jaume Grau en de toenmalige voorzitter van de Spaanse wielerbond Narcisse Masferrer waren de drijvende krachten achter het meerdaagse wielerevenement. De allereerste editie van La Volta bestond uit drie relatief korte etappes van 98, 111 en 153 kilometer, wat voor een trendbreuk zorgde met andere koersen, waar afstanden van boven de driehonderd (!) kilometer niet werden geschuwd.

Het was uiteindelijk Sebastiá Masdeu – die later de organisatie van de koers in handen kreeg – die de allereerste editie op zijn naam wist te schrijven. Door de jaren heen vonden de nodige toppers de weg naar Catalonië, waardoor de wedstrijd aan allure won. Dit is ook te zien aan de erelijst. Zo is er de Catalaanse klassiekerspecialist Miguel Poblet, die in de jaren vijftig en zestig maar liefst 33 keer een etappe wist te winnen in zijn thuiskoers, tot op de dag van vandaag een ongeëvenaarde prestatie. Poblet, die ook succesvol was in de drie Grote Rondes en twee keer op de erelijst staat van Milaan-San Remo, was in 1960 ook de beste in het eindklassement.

Thuisfavoriet ‘Purito’ Rodríguez won de ronde in 2010 en 2014 – foto: Cor Vos

Andere grote kampioenen die we terugvinden op de erelijst zijn Jacques Anquetil, die in de absolute nadagen van zijn rijke carrière nog succesvol was in Catalonië, Eddy Merckx (1968), Franco Bitossi (1970), Luis Ocaña (1971), Felice Gimondi (1972), Bernard Thévenet (1974) en Francesco Moser (1978). Andere prominente namen zijn die van Miguel Induráin (1988, 1991 en 1992), Claudio Chiappucci (1994), Laurent Jalabert (1995), Fernando Escartín (1997) en de betreurde José Maria ‘Chaba’ Jimenez (2000). Het thuispubliek mocht ook tweemaal (2010 en 2014) de stem schor schreeuwen voor Joaquim Rodríguez.

In een wat meer recenter verleden gingen de bloemen, naast ‘Purito’ Rodríguez, naar de betreurde Michele Scarponi, Michael Albasini, Dan Martin, Richie Porte, Nairo Quintana en Alejandro Valverde. Laatstgenoemde ziet zijn naam inmiddels al drie keer op de erelijst staan en kan zich volgende week voor een vierde keer tot eindwinnaar kronen. Dat zou dan de 62ste Spaanse zege betekenen in de Ronde van Catalonië. Het is zeker geen verrassing dat het thuisland het lijstje topt met meeste eindwinnaars. Frankrijk volgt op plek twee met elf overwinningen, Italië is derde met tien zeges.

Alejandro Valverde gaat op jacht naar een vierde eindzege – foto: Cor Vos

Drie van de voorbije honderd edities werden gewonnen door een Belg. Naast de onvermijdelijke en eerdergenoemde Merckx gaat het om de uit Brussel afkomstige klimmer Richard Van Genechten (in 1958) en veelvraat Freddy Maertens (1977). Slechts één Nederlander stond ooit op het hoogste schavotje in Catalonië. De ietwat vergeten Arie Den Hartog, in 1965 de beste in Milaan-San Remo en twee jaar later ook de eerste Nederlandse winnaar van de Amstel Gold Race, won tussen zijn klassieke overwinningen in de meerdaags wielerronde op Catalaanse bodem.

Laatste tien winnaars Ronde van Catalonië
2021: flag-gb Adam Yates
2020: Geen editie
2019: flag-co Miguel Ángel López
2018: flag-es Alejandro Valverde
2017: flag-es Alejandro Valverde
2016: flag-co Nairo Quintana
2015: flag-au Richie Porte
2014: flag-es Joaquim Rodríguez
2013: flag-ie Daniel Martin
2012: flag-ch Michael Albasini


Vorig jaar

De Ronde van Catalonië moest er even op wachten, maar vorig jaar stond toch echt de honderdste uitgave op het punt van beginnen. Eigenlijk had dat in 2020 al moeten gebeuren, maar toen werd de wedstrijd vanwege de uitbraak van het coronavirus afgelast. Met een jaar vertraging kon er dan toch een wielerfeestje worden gehouden en de organisatie pakte groots uit. Aan het eind van elke etappe, met uitzondering van de tijdrit, werd een onderscheiding uitgereikt aan de renner die de speciale bonificatiesprint won op honderd kilometer van de streep. Deze prijs droeg telkens de naam van een iconische renner.

Naast Masdeu, als winnaar van de eerste editie van de Ronde van Catalonië, werden Mariano Cañardo, Miguel Poblet, Joaquín Galera, Miguel Induráin en Alejandro Valverde in het zonnetje gezet. Van de renners die, al dan niet postuum, werden geëerd, stond Valverde als enige nog actieve renner aan de start van de honderdste ‘Volta’. De zevendaagse rittenkoers begon met een verraderlijke heuveletappe in en rond badplaats Calella. De zege ging die dag naar een Deen: de voor Lotto Soudal-uitkomende Andreas Kron wist samen met zijn medevluchters uit de greep te blijven van een groep met daarin alle favorieten.

Yates op weg naar een dubbelslag – foto: Cor Vos

Kron bleek aan de streep te snel voor Luis Léon Sánchez en Rémy Rochas en begon zo met een dubbelslag aan de jubileumuitgave van de Ronde van Catalonië. De ritwinnaar mocht zo de volgende dag als leider beginnen aan de individuele tijdrit van en naar Banyoles, over een traject van net geen twintig kilometer over relatief vlakke wegen. Kron deed zijn stinkende best om de trui te behouden, maar bleek niet opgewassen tegen de pure tijdrijders. De ritzege ging naar Rohan Dennis, João Almeida deed dan weer uitstekende zaken met het oog op de eindzege. De Portugees eindigde als derde en nam de leiderstrui over van Kron.

Almeida wist zichzelf een ideale uitgangspositie te verschaffen richting de sleuteletappes naar Vallter 2000 en Port Ainé, maar we kregen in de eerste échte bergetappe al meteen een nieuwe omwenteling in het klassement. Almeida bleek op de slotklim naar skioord Vallter 2000 namelijk niet bij machte om de betere klimmers te volgen. Op het moment dat Adam Yates, Sepp Kuss en Alejandro Valverde versnelden, moest Almeida het hoofd buigen. Yates kreeg vleugels en wist met enkele tempowisselingen Kuss en Valverde overboord te gooien. Hij soleerde op knappe wijze naar de ritzege en de leiderstrui.

Het bleek een beslissend moment in de koers, aangezien Yates en zijn ploeg INEOS Grenadiers de koers in een sportieve wurggreep wisten te houden en niet meer loslieten tot aan de finish in Barcelona. De Britse klimmer werd in de door Esteban Chaves gewonnen bergrit naar Port Ainé niet meer aangevallen en in de daaropvolgende etappes naar Manresa, Mataró en Barcelona bleef het ook rustig onder de klassementsrenners. In Manresa ging de aandacht vooral uit naar ritwinnaar Lennard Kämna, Peter Sagan knoopte in Mataró weer aan met de overwinning en Thomas De Gendt voerde in Barcelona nog eens een ouderwetse De Gendt-show op.

Een masterclass van INEOS Grenadiers in de Ronde van Catalonië – foto: Cor Vos

In Barcelona werd de balans opgemaakt en bleek INEOS Grenadiers de overduidelijke winnaar. Niet alleen omdat Yates zich net had gekroond tot eindwinnaar, maar ook omdat hij op het eindpodium werd vergezeld door zijn ploegmaats Richie Porte (tweede) en Geraint Thomas (derde). Een ongeziene demonstratie van de mannen van Dave Brailsford. Alejandro Valverde werd op zijn oude dag nog knap vierde in het eindklassement, Wilco Kelderman eindigde keurig als vijfde.

Eindklassement Ronde van Catalonië 2021
1. flag-gb Adam Yates (INEOS Grenadiers) in 26u16m41s
2. flag-au Richie Porte (INEOS Grenadiers) op 45s
3. flag-gb Geraint Thomas (INEOS Grenadiers) op 49s
4. flag-es Alejandro Valverde (Movistar) op 1m03s
5. flag-nl Wilco Kelderman (BORA-hansgrohe) z.t.

Thomas De Gendt wint in Barcelona – foto: Cor Vos


Parcours

Vorig jaar kregen de renners, na veertien jaar, nog eens een individuele tijdrit voorgeschoteld in de Ronde van Catalonië. Het bleek speciaal voor de honderdste uitgave van de Spaanse rittenkoers, want dit jaar is geen rit-tegen-de-klok opgenomen in het parcours. Dit speelt de pure klimmers in de kaart, zeker omdat er twee zware bergetappes zijn uitgetekend. Dit keer niet naar Vallter 2000 of Port Ainé, maar wel naar skistations La Molina en Boí Taüll. Verder zijn er kansen voor de sterke sprinters, denk aan rit twee naar Perpignan, en komen de vluchters aan hun trekken.

De ronde begint met pittige etappe in en rond het toeristische plaatsje Sant Feliu de Guíxols. Daarna trekken de renners naar het noorden voor een Frans uitstapje naar Perpignan, gevolgd door een tweedaagse passage door de Catalaanse Pyreneeën, alwaar de renners tot twee keer toe bergop finishen. Hier zal het klassement vorm krijgen en de koers misschien wel in een definitieve plooi vallen. Dan kronkelt de koers richting het zuiden voor enkele ritten, al dan niet deels, langs de kust. Na aankomsten in Vilanova i la Geltrú en Cambrils is er het traditionele sluitstuk in Barcelona op en rond de Montjuïc.

Ook niet onbelangrijk om te vermelden: in de strijd om de wit-groene trui voor de leider van het algemeen klassement zijn onderweg ook bonificaties te verdienen. Bij alle tussensprinters liggen drie, twee en een seconde klaar voor de eerste drie renners, aan de streep zijn tien, zes en vier seconden te verdienen.


Maandag 21 maart, etappe 1: Sant Feliu de Guíxols – Sant Feliu de Guíxols (171,2 km)

De 101ste editie van de Ronde van Catalonië begint met een openingsetappe van en naar Sant Feliu de Guíxols. Dat is opvallend, aangezien Calella sinds 2012 de jaarlijkse startplaats was van de Catalaanse rittenkoers. De route leidt eerst naar het kleine dorpje Cassà de la Selva en niet veel later de Alt de Santa Pellaia (5,9 km aan 4%), waar voor het eerst in deze ronde bergpunten te verdienen zijn. De afdaling brengt de coureurs naar een glooiende tussenfase, met passages door en langs La Bisbal d’Empordà en L’Escala, waarna met de Alt de la Ganga (3,5 km aan 4,1%) de volgende heuvel opdoemt.

Vervolgens doorkruist het peloton opnieuw Sant Feliu de Guíxols, maar finishen doen de renners pas een kilometer of dertig later. Eerst staat er nog een nieuwe lus op het programma met nog een derde beklimming van derde categorie. De Alt de Romanyà (5,8 km aan 4,5%) met zijn top op goed 25 kilometer van de finish. De aankomst in Sant Feliu de Guíxols wordt bereikt na een snelle finale, met af en toe nog een vervelend pukkeltje. Ook de laatste kilometer is niet te onderschatten: die loopt namelijk behoorlijk omhoog aan een procent of vier. Ideaal voor renners met een machtsspurt in de benen.

Matthews zegeviert in Sant Feliu de Guíxols, 2019 – foto: Cor Vos

In 2019 kwam de ronde voor het laatst aan in Sant Feliu de Guíxols en toen ging de zege naar Michael Matthews. De Australiër bleef dat jaar, na een identieke finale, de toenmalige wereldkampioen Alejandro Valverde en Daryl Impey voor.

Start: 12.55 uur
Finish: tussen 16.48 en 17.11 uur


Dinsdag 22 maart, etappe 2: L’Escala – Perpignan (202,4 km)

Rit twee brengt de renners van L’Escala naar Perpignan, Frankrijk. Vanuit startplaats L’Escala, dat nog nooit eerder de Ronde van Catalonië mocht verwelkomen, trekt het peloton noordwaarts voor blitzbezoekjes aan Bàscara, Terrades en Sant Climent Sescebes. De eerste klim van de dag volgt na iets minder dan honderd kilometer koers, al zal de Coll de Sa Perafita (5,1 km aan 4,8%) de renners niet veel angst inboezemen. Dat geldt ook voor de daaropvolgende Coll del Frare (3,4 km aan 5,1%) en de Coll dels Belitres (2,9 km aan 5,7%). Via de Belitres steken de renners de Pyreneeën over.

Na de Belitres is het nog iets meer dan zestig kilometer tot de finish. Het zwaarste is dan al achter de rug, al blijven de hoogtemeters zich wel opstapelen. Het is misschien niet veel, maar het kan wel zeker in de kleren kruipen. Vergeet ook niet dat de renners pas zullen finishen na ruim tweehonderd kilometer koers. Teams die interesse hebben in een sprint, krijgen het zeker niet cadeau op weg naar de finish. De Ronde van Catalonië was tweemaal eerder in Perpignan, maar daarvoor moeten we wel flink terug in de tijd. In 1949 ging de zege naar de Fransman Georges Roux, zes jaar later was de Spanjaard José Mateo aan het feest in de Franse stad.

Start: 12.10 uur
Finish: tussen 16.46 en 17.13 uur


Woensdag 23 maart, etappe 3: Perpignan – La Molina (161,1 km)

Op woensdag komen de klimmers voor de eerste keer écht aan hun trekken. De derde etappe van de Ronde van Catalonië start nog op zeeniveau, maar eindigt op bijna 1.700 meter hoogte bij skistation La Molina. Perpignan, waar de renners dinsdag nog aankwamen, is nu het vertrekpunt voor de renners. Na een vlakke aanloopfase begint de weg alsmaar meer te stijgen richting de voet van de Mont-Louis. Deze beklimming van 8,4 kilometer, aan net geen 6%, is een eerste serieuze test voor de renners die vandaag iets willen ondernemen. De Mont-Louis zat vorig jaar overigens ook in het parcours van de Ronde van Frankrijk.

Na een korte afdaling en een uitloper van een vijftal kilometer, beginnen de coureurs aan de eigenlijke afzink naar de Spaanse stad Llíva, dat volledig is omsloten door Frans grondgebied. Niet veel later steken de renners bij Puigcerdà nog een keer de Spaans-Franse grens over en worden ze geconfronteerd met de eerste percentages van de Collada des Toses (21,4 km aan 3,2%), een klim die we gerust kunnen kwalificeren als een loper. Eenmaal op de top gaat het weer naar beneden richting Alp. In dit bergdorpje begint de slotklim naar La Molina. Wat dit betekent? Twaalf kilometer klimmen aan ruim vier procent.

De ene Yates neemt de andere Yates op sleeptouw richting La Molina – foto: Cor Vos

De klim naar La Molina is zeker niet de zwaarste beklimming in de (Catalaanse) Pyreneeën, maar is inmiddels wel vaste kost in de Ronde van Catalonië. De klim zat van 2014 tot en met 2019 onafgebroken in de ronde. Met Joaquim Rodríguez, Tejay van Garderen, Daniel Martin, Alejandro Valverde (2x) en Miguel Ángel López spreken de winnaars tot de verbeelding. De klim stijgt in de eerste negen kilometer aan goed 6%, waarna een korte afdaling volgt naar de laatste tweeduizend meters, die weer aan 4% omhoog kruipen. Wie deelt de eerste tik uit en begint zo in een ideale positie aan de koninginnenrit naar Boí Taüll?

Start: 12.50 uur
Finish: tussen 16.45 en 17.11 uur


Donderdag 24 maart, etappe 4: La Seu d’Urgell – Boí Taüll (166,7 km)

De vierde etappe, vertrekkend vanuit Pyreneeëndorp La Seu d’Urgel en finishend in skioord Boí Taüll, mogen we gerust omschrijven als de koninginnenrit van de ronde. Het is zeker niet de eerste keer dat La Seu d’Urgel een tussenstation is voor de Ronde van Catalonië. Tussen 1930 en 2011 kwam de koers er al elf keer aan. De eerste winnaar? Mariano Cañardo, die met zeven eindzeges het lijstje met winnaars topt. En zo is de cirkel toch weer rond. Maar genoeg over La Seu d’Urgel en Mariano Cañardo. De koninginnenrit brengt de renners eerst over de toppen van de Coll de Boixols (18,4 km aan 4,3%) en de Port de la Creu de Perves (13,5 km aan 4,5%).

Terug in het dal is er voor de renners nog tijd om wat laatste gelletjes weg te werken en te overleggen met de ploegleiders. Na een ietwat vlakkere tussenstrook van een twintigtal kilometer draaien de renners de bijna vijftien kilometer lange slotklim op. De beklimming naar skigebied Boí Taüll kent een gemiddelde stijgingsgraad van 5,5%, met af en toe een uitschieter naar boven en beneden. De renners finishen net boven de magische grens van de tweeduizend meter, en dat na een etappe met meer dan 3.000 hoogtemeters. Wie na deze bergrit de leiderstrui in zijn bezit heeft, lijkt op weg naar de eindzege.

Start: 12.45 uur
Finish: tussen 16.48 en 17.15 uur


Vrijdag 25 maart, etappe 5: La Pobla de Segur – Vilanova i la Geltrú (206,3 km)

In de vijfde etappe verlaten de renners de Pyreneeën om koers te zetten richting de Catalaanse kust en de Middellandse Zee. Met 206,3 kilometer spreken we van de langste rit in deze Ronde van Catalonië. De vluchters zullen deze etappe met rood hebben omcirkeld in hun agenda. Na twee zware bergetappes zijn de ploegen met een klassementsrenner toe aan een snipperdag, en het is maar de vraag of de sprintersteams nog de fut hebben om de boel te controleren. Daar komt nog eens bij dat de beginfase niet van de poes is. Het lijkt voor een sterke kopgroep een ideale openingsfase om zich af te scheiden.

De Coll de Comiols (8 km, met pieken tot 7%) zal, als enige klim op de route, waarschijnlijk een breukpunt vormen. Na deze klim gaat het over glooiende wegen richting de kust. In La Bisbal del Penedès en Pantà de Foix liggen nog tussensprints te wachten, waarna een razendsnelle finale volgt richting finishplaats Vilanova i la Geltrú. Zes jaar geleden kwam de ronde hier voor het laatst en mondde de koers uit in een massasprint, gewonnen door de Italiaan Davide Cimolai. Een sprint met een grote groep is ook nu weer een realistisch scenario, al lijkt dit dus ook een ideale dag voor de rasaanvallers.

Start: 12.20 uur
Finish: tussen 16.49 en 17.14 uur


Zaterdag 26 maart, etappe 6: Salou – Cambrils (167,6 km)

Ook in de voorlaatste etappe zal het een gevecht worden tussen de sprintersteams en de aanvallers om de overwinning. Alhoewel, wie goed naar het parcours kijkt, ziet toch dat dit te lastig is voor de spurters. Onderweg krijgen de renners namelijk twee beklimmingen van tweede categorie en zelfs een klim van eerste categorie opgediend. Wie de kortste route neemt tussen de populaire badplaats Salou en Cambrils, is maar zo’n zeven kilometer onderweg. De organisatie is er echter in geslaagd om een etappe van 167,6 kilometer uit te tekenen, door voor een lange lus in de binnenlanden van Catalonië te kiezen.

De heuvelachtige omloop brengt het peloton door de streken Priorat, Baix Camp en Tarragonès, over de Coll de les Llebres Mussara (17,8 km aan 4,3%), Coll de Capafons (3,6 km aan 6,1%), allebei boven de 1.000 meter boven zeeniveau, en de Coll de la Teixeta (5,8 km aan 4,1%). De top van de Coll de la Teixeta ligt op iets minder dan dertig kilometer van de meet en vanaf dat moment gaat het eigenlijk alleen nog maar in dalende lijn naar de kust. Aan het einde van de rit hebben de renners toch weer een slordige drieduizend hoogtemeters overwonnen. Wie wint deze ‘grote-mannen-etappe’?

Start: 13.00 uur
Finish: tussen 16.48 en 17.11 uur


Zondag 27 maart, etappe 7: Barcelona – Barcelona (138,6 km)

Barcelona en de berg Montjuïc vormen het decor voor de slotetappe van de Ronde van Catalonië. Het peloton maakt eerst een ronde rond de Catalaanse hoofdstad, langs het vliegveld El Prat, en trekt ook door de residentiële buitenwijk Castelldefels, voor ze in het stadscentrum terugkeren en zes keer de Montjuïc (2,5 km aan 4,6%) omhoog rijden. De passage van de heuvel is zwaarder dan twee jaar geleden, met een hellingsgraad tot 19%. Deze keer wordt doorgereden naar het kasteel. Daar blijft het niet bij: de renners krijgen na een korte duikvlucht ook telkens een klimmetje van 700 meter aan 6% voor hun kiezen.

De Montjuïc, bekend van de Olympische Spelen van 1992, heeft een centrale plaats in Barcelona. Vandaar is de basiliek Sagrada Família goed te zien. De kerk is net een stukje lager dan de heuvel. De beroemde ontwerper Gaudí heeft dat naar eigen zeggen gedaan uit respect voor de Schepper: hij wilde die met zijn gebouw niet in hoogte overstijgen. De etappe over de Montjuïc staat haast garant voor spektakel. Is het niet voor de eindzege, dan wel voor ritwinst. Vorig jaar toverde Thomas De Gendt er een zoveelste konijn uit zijn hoge hoed. Ook Davide Formolo, Simon Yates en Alejandro Valverde wonnen in het verleden in Barcelona.

Start: 10.55 uur
Finish: tussen 14.04 en 14.22 uur


Favorieten

In totaal staan 24 ploegen aan de start van de Volta a Catalunya. De achttien WorldTeams zijn verplicht om deel te nemen en verder heeft de organisatie zes wildcards uitgedeeld voor dit jaar. De meest opvallende ploeg die een uitnodiging heeft ontvangen, is Uno-X. Voor het Noorse team is het de eerste WorldTour-ronde ooit. Gazprom-RusVelo had overigens ook een wildcard van de organisatie gekregen, maar na de Russische inval in Oekraïne is de licentie van het ProTeam afgenomen.

Naast Uno-X, dat vorig jaar met een aanvallende koerswijze indruk maakte in het peloton, zijn ook Arkéa-Samsic, Burgos-BH, Caja Rural-Seguros RGA, Equipo Kern Pharma en Euskaltel-Euskadi welkom. Alpecin-Fenix kreeg automatisch een wildcard, maar heeft deze afgeslagen.

Simon Yates maakte indruk in Parijs-Nice – foto: Cor Vos

De Ronde van Catalonië kan steevast rekenen op een deelnemersveld om duimen en vingers bij af te likken. Vooruit, de twee beste ronderenners van het moment – Tadej Pogačar en Primož Roglič – kiezen voor een ander programma en zijn er dus niet bij. Het mag de pret echter niet drukken en wellicht zorgt het juist wel voor een atypisch en daardoor spannend koersverloop. De man die we nu vooral in de gaten houden, is Simon Yates. De Britse klimmer van BikeExchange-Jayco bewaart goede herinneringen aan het koersen in Catalonië en maakte de voorbije week nog indruk in Parijs-Nice.

De inmiddels 29-jarige Yates wist zich in de Franse ronde namelijk op te werpen tot de voornaamste uitdager van Primož Roglič. De Sloveen kroonde zich aan het einde van de week tot eindwinnaar van de Franse ronde, maar had daar wel een zeer sterke Wout van Aert voor nodig. In de slotrit naar Nice, over de Col d’Èze, werd Roglič namelijk tot het uiterste gedwongen door Yates. Die laatste wist bergop zelfs weg te rijden van zijn Sloveense tegenstrever en mocht na een knappe solo het zegegebaar maken op de Promenade des Anglais. Het bleek niet genoeg voor eindwinst, maar Yates was wel zeer tevreden met zijn optreden.

Het is nu aan Yates om de goede lijn van de voorbije weken door te trekken, te beginnen met de eindzege in Catalonië? Het zou ons niks verbazen, ook al omdat zijn grote Sloveense plaaggeest schittert door afwezigheid.

Richie Porte als leider in het Critérium du Dauphiné – foto: Cor Vos

Drie jaar geleden reed Simon in de Catalaanse ronde nog in dienst van zijn broer Adam, dit jaar kruisen de twee kleppers overigens niet de degens. Adam Yates zal zijn titel niet verdedigen, maar dat wil niet zeggen dat INEOS Grenadiers straks met een B-ploeg aan de start staat. Verre van. De Britse sterrenformatie rekent traditiegetrouw op meerdere (potentiële) kopmannen en kan iemand als Richie Porte uitspelen. De ervaren Australiër, bezig aan zijn afscheidsjaar, werd vorig jaar nog tweede in Catalonië en eindigde vorige week keurig vierde in Tirreno-Adriatico. Let ook op de Spaanse seizoensrevelatie Carlos Rodríguez, dit jaar al vierde in de Ruta del Sol en derde in de Ronde van Valencia.

En dan hebben we het nog niet eens gehad over de Girowinnaar van 2019 en de nummer drie van de voorbije Tour de France: Richard Carapaz. De Ecuadoraan maakte dit seizoen nog geen al te beste beurt, al zijn er verzachtende omstandigheden. In de Ster van Bessèges kwam Carapaz hard ten val en in de Tour de La Provence testte hij positief op COVID-19. Gelukkig voor Carapaz is er nog voldoende tijd tot de Giro d’Italia, zijn eerste échte hoofddoel in 2022, maar de olympisch kampioen zal in Catalonië toch wel graag een goed resultaat boeken. Nog twee INEOS-namen om in de gaten te houden: de beloftevolle Luke Plapp en Pavel Sivakov.

Nairo Quintana, in Arkéa-outfit, is uitstekend op dreef – foto: Cor Vos

De renners die in Parijs-Nice het mooie weer maakten, verwachten we ook op de voorposten in de Ronde van Catalonië. Arkéa-Samsic schuift zijn Colombiaanse kopman Nairo Quintana naar voren. De 32-jarige klimmer begon als een wervelwind aan het nieuwe seizoen met eindzeges in de Tour de La Provence en de Tour des Alpes Maritimes et du Var. In Parijs-Nice volgde er geen hattrick, maar Quintana was wel gewoon op de afspraak. De gevleugelde klimmer uit Combita werd achter eindwinnaar Primož Roglič, Simon Yates, Daniel Felipe Martínez en Adam Yates vijfde in het algemeen klassement.

Quintana is met andere woorden uitstekend op dreef en zal zijn goede vorm willen verzilveren op Catalaanse bodem. Vergeet ook niet dat de Colombiaan al op de erelijst staat van de Catalaanse rittenkoers: in 2016 kroonde hij zich tot eindwinnaar, voor Alberto Contador en Daniel Martin. Dat er geen tijdrit is opgenomen in het parcours, speelt zeker in het voordeel van Quintana. Die hoeft nu ‘alleen maar’ toe te slaan in de bergritten naar La Molina en Boí Taüll.

Alejandro Valverde blijft maar presteren – foto: Cor Vos

Nu we het toch over oud-winnaars hebben: ook Alejandro Valverde zal te zien zijn in de Ronde van Catalonië. De bijna 42-jarige Spanjaard mag dan bezig zijn met zijn afscheidstournee, hij koerst nog altijd als een jonge god. De zegeteller staat dit seizoen alweer op drie stuks en eerder deze maand gaf de renner van Movistar nog blijk van een geweldig vormpeil. Valverde werd namelijk ‘gewoon’ tweede in de Toscaanse gravelklassieker Strade Bianche, achter de ongenaakbare Tadej Pogačar. De tijd lijkt maar geen vat te krijgen op ‘El Imbatido’ en we doen er dus goed aan om Valverde met stip te noteren voor deze wedstrijd.

Over de sterkte van zijn werkgever Movistar hoeft Valverde zeker niet te klagen. De Spaanse formatie lijkt zijn kansen te spreiden, met ook Iván Sosa in de ploeg. De Colombiaan is een zeer gevaarlijke klant voor de eindzege, nu er geen tijdrit in het parcours zit. Tijdrijden is namelijk de achilleshiel van Sosa, maar bergop hoeft de 24-jarige renner maar voor weinig renners schrik te hebben. Als de wisselvallige Sosa zijn dagje heeft, kan hij ongenadig hard uithalen in het gebergte. In de schaduw van Valverde en Sosa kan Carlos Verona wellicht verrassen. De ervaren Spanjaard werd eerder dit jaar namelijk knap zesde in de UAE Tour.

Jai Hindley was uitstekend op dreef in Tirreno-Adriatico – foto: Cor Vos

Met Valverde, Quintana en Simon Yates hebben we de grootste favorieten voor de eindzege wel gehad. Er zijn echter nog meer kapers op de kust. Denk aan Wout Poels en Jack Haig namens Bahrain Victorious. Poels was dit seizoen al de beste in de Ruta del Sol en doet het altijd goed op Spaanse bodem, Haig werd onlangs nog zesde in Parijs-Nice. UAE Emirates rekent, bij afwezigheid van Pogačar, op meerdere pionnen. João Almeida was al vijfde in de UAE Tour en achtste in Parijs-Nice, thuisfavoriet Marc Soler (de ronde brengt een bezoekje aan zijn geboorteplaats Vilanova i la Geltrú) reed een sterke Tirreno-Adriatico in dienst van Pogačar.

UAE Emirates kan ook de kaarten van George Bennett en Juan Ayuso trekken. Laatstgenoemde deed in de Drôme Classic en de Trofeo Laigueglia al mee voor de zege, kan hij het ook al in een koers van het kaliber Ronde van Catalonië? AG2R Citroën hoopt op een uitschieter van Ben O’Connor, de Australische klimmer die onlangs ziek moest opgeven in Parijs-Nice. Michael Woods is de kopman namens Israel-Premier Tech en Sergio Higuita (ritwinnaar in de Volta ao Algarve), Jai Hindley (vijfde in Tirreno-Adriatico) en Anton Palzer zijn de vooruitgeschoven pionnen van BORA-hansgrohe.

Wat mogen we verwachten van Tom Dumoulin? – foto: Cor Vos

En wat mogen we verwachten van Jumbo-Visma? Primož Roglič en Jonas Vingegaard kiezen voor een alternatief programma en dus moet het komen van Tom Dumoulin, Steven Kruijswijk en Sam Oomen. Dumoulin kende door een coronabesmetting geen ideale voorbereiding op de Catalaanse ronde en Kruijswijk kwakkelt sinds zijn derde plaats in de Tour de France van 2019 met zijn vorm en blessures. Veel vragen, voorlopig nog geen antwoorden. Zeker voor Dumoulin is het belangrijk om alvast wat vertrouwen te tanken richting de Giro d’Italia. Het is immers nog maar zes weken tot de start van de Grande Partenza.

Tot slot is het uitkijken naar Guillaume Martin (Cofidis), Jan Hirt, Louis Meintjes (Intermarché-Wanty-Gobert), Anthon Charmig en Tobias Halland Johannessen (Uno-X), Harm Vanhoucke (Lotto Soudal), Ilan Van Wilder en Fausto Masnada (Quick-Step Alpha Vinyl), Henri Vandenabeele (Team DSM), Giulio Ciccone, Amanuel Ghebreigzabhier, Mattias Skjelmose Jensen (Trek-Segafredo), Hugh Carthy, Esteban Chaves, Neilson Powless (EF Education-EasyPost) en Michael Storer en Attila Valter (Groupama-FDJ).


Sprinters

In de Ronde van Catalonië is het traditioneel met een vergrootglas zoeken naar de (pure) sprinters. Dat is nu niet anders. Phil Bauhaus lijkt op papier de snelste renner in het peloton. De aalvlugge Duitser won een kleine week geleden nog de slotetappe van Tirreno-Adriatico, door onder meer Giacomo Nizzolo, Alexander Kristoff, Olav Kooij en Arnaud Démare te verslaan. De vraag is alleen of Bauhaus überhaupt wel aan sprinten zal toekomen in Catalonië, gezien het pittige parcours.

Phil Bauhaus – foto: Cor Vos

Mocht het een keer uitdraaien op een sprint, dan zal Bauhaus concurrentie krijgen van Michael Matthews (BikeExchange-Jayco), Hugo Hofstetter (Arkéa-Samsic), David Dekker (Jumbo-Visma), Marc Brustenga (Trek-Segafredo), Jesús Antonio Soto (Euskaltel-Euskadi), Juan Sebastián Molano (UAE Emirates), Manuel Peñalver (Burgos-BH), Barnabás Peák (Intermarché-Wanty-Gobert), Ethan Vernon (Quick-Step Alpha Vinyl), Daryl Impey (Israel-Premier Tech), José Joaquín Rojas (Movistar), Francisco Galván (Equipo Kern Pharma) en Eduard Prades (Caja Rural-Seguros RGA).

Ook Alejandro Valverde (Movistar) en Andrea Bagioli (Quick-Step Alpha Vinyl) zijn niet kansloos in een hevig gedecimeerd sprintersveld. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de Europese kampioen Sonny Colbrelli. De Italiaan moest door ziekte Parijs-Nice verlaten en passen voor zijn geliefde Milaan-San Remo, en kiest er in aanloop naar de belangrijkste kasseiklassiekers voor om extra competitieritme op te doen in Catalonië. Colbrelli zal zich zeker willen tonen in de sprintetappes. Net als Kaden Groves (BikeExchange-Jayco), die dit seizoen al heel wat ereplaatsen wist te verzamelen in de sprint.


Favorieten volgens WielerFlits
**** Simon Yates
*** Nairo Quintana, Alejandro Valverde
** Richie Porte, Sergio Higuita, Michael Woods
* Jai Hindley, João Almeida, Iván Sosa, Carlos Rodríguez

Website organisatie
Deelnemerslijst


Weer en TV

De Catalaanse weergoden lijken de renners minder gunstig gezind. Het lijkt de hele week te gaan regenen, terwijl de gemiddelde temperatuur zal schommelen rond de twaalf graden Celsius. Op de top van La Molina en Boí Taüll is het uiteraard nog een stuk frisser en is een regenbui niet uit te sluiten.

Wie niks van de Ronde van Catalonië wil missen, kan vanaf maandag afstemmen op Eurosport 1 of de Eurosport Player. De sportzender zal de Catalaanse wielerronde dagelijks in de huiskamers brengen. De live-uitzendingen beginnen steevast om 15.15 uur, met uitzondering van de slotetappe in Barcelona.


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.