Giro 2024: Deze smaakmakers maakten de Giro leuk om te volgen
Overzicht De Giro d’Italia 2024 werd door sommige wielervolgers afgeschilderd als een ‘saaie’ Giro, maar veel renners hebben zeker hun best gedaan om er een spektakel van te maken. Ook de 107e editie van de ronde stond bol van de verrassingen en mooie verhalen. WielerFlits zet de smaakmakers van de voorbije weken op een rij!
Tadej Pogačar
Over een paradox gesproken. Door de overmacht van Tadej Pogacar was er van enige spanning om de eindzege in de Giro d’Italia geen sprake, maar toch heeft de Sloveen de wielerfans weer weten te vermaken met ongeziene krachtsexploten. Het wielerfenomeen uit Komenda was op de eerste dag naar Turijn al een van de smaakmakers en veroverde op dag twee, in de bergrit naar Oropa, de roze trui. De kopman van UAE Emirates had na de eerste individuele tijdrit al een riante voorsprong in het algemeen klassement, maar consolideren? Dit staat niet in het wielerwoordenboek van Pogacar.
Nee, Pogacar was erop gebrand om de roze trui zoveel mogelijk eer aan te doen. Winnen in de eerste écht zware bergetappe naar Prati di Tivo? Check. De tegenstand aan flarden rijden in de koninginnenrit naar Livigno? Check. De puntjes op de i zetten in de laatste bergetappe over de Monte Grappa? Check. Pogacar zwaaide als een echte wielerpatron de scepter, won liefst zes etappes – waarvan vijf in het roze – en wist zijn voorsprong in het klassement te vergroten tot bijna tien minuten. De concurrentie voor de komende Tour de France is gewaarschuwd.
Julian Alaphilippe
Een van de belangrijkste conclusies na de 107e Giro d’Italia? Julian Alaphilippe is nog lang niet klaar op het allerhoogste niveau. De inmiddels 31-jarige Fransman werd jarenlang bejubeld en overladen met schouderklopjes, maar na zijn tweede wereldtitel in Leuven kwam de klad erin. Valpartijen, fysieke malheur en tegenvallende prestaties: de renner van Soudal Quick-Step zag de laatste jaren de keerzijde van de medaille. De Franse publiekslieveling werd voorbijgereden door een nieuwe generatie aan superkampioenen en kreeg de nodige kritiek te verduren.
Niet in het minst van zijn eigen teammanager, Patrick Lefevere, die zich in de media een aantal keer kritisch uitliet over zijn poulain. Alaphilippe leek op weg naar de uitgang, maar de rasaanvaller liet in de Giro zijn benen weer eens spreken. De tweevoudig wereldkampioen antwoordde met de pedalen, viel de voorbije weken naar hartenlust (Alaphilippe zat liefst zeven keer mee in de vroege vlucht) aan en wist zichzelf te belonen door op een indrukwekkende manier te zegevieren in de rit naar Fano. “Julian bewijst nu mijn ongelijk. Ik heb dat graag”, was de eerste reactie van Lefevere.
Jhonatan Narváez
Tadej Pogacar droeg liefst twintig dagen de roze trui in de Giro d’Italia, maar wie mocht de allereerste Maglia Rosa aantrekken? Het is inmiddels alweer drie weken geleden, maar voor Jhonatan Narváez zal het aanvoelen als de dag van gisteren. De Ecuadoraan beleefde in de openingsrit zijn misschien wel mooie moment uit zijn wielercarrière. De renner van INEOS Grenadiers bleek op de laatste steile helling op weg naar Turijn in staat om Pogacar te volgen en versloeg de Sloveense topfavoriet na een spannende finale vervolgens in de sprint.
Narváez kon slechts één dag genieten van de roze trui – een dag later nam Pogacar het kleinood namelijk over in Oropa – maar dit bleek niet zijn laatste wapenfeit in de Ronde van Italië. De kampioen van Ecuador ging in de daaropvolgende weken en etappes op zoek naar een tweede ritzege. Die kwam er uiteindelijk niet, al scheelde het in de rit naar Napels slechts vijftig meter, maar Narváez wist zich met zijn aanvallende manier van koersen wel in de kijker te rijden. Met zijn Zuid-Amerikaanse koerstemperament wist hij de Giro te kleuren.
Georg Steinhauser
In een grote ronde heb je de verwachte namen, maar een wielerwedstrijd over drie weken staat ook vaak bol van de verrassingen. Sommige coureurs beleven hun absolute doorbraak, komen uit het niets of krijgen eens een kans om voor eigen rekening te rijden. Zo zagen we de voorbije weken de doorbraak van Georg Steinhauser op het hoogste niveau. De 22-jarige Duitser van EF Education-EasyPost stond al langer te boek als een beloftevolle renner, maar Steinhauser wist zich in de Giro ook echt te presenteren aan het grote wielerpubliek.
De zoon van voormalig profwielrenner Tobias Steinhauser gaf in de koninginnenrit naar Livigno voor het eerst zijn visitekaartje af. De jonge klimmer kwam na een dag in de vlucht als derde aan in het skioord, achter de ontketende Tadej Pogacar en Nairo Quintana. Steinhauser sprak na zijn prestatie op weg naar Livigno al van een geslaagde Giro, maar het werd nog mooier. In de zeventiende etappe naar de Passo Brocon kwam de Duitser namelijk als winnaar over de streep, na een indrukwekkende solo van 33 kilometer. Dit leverde prachtige beelden op van zijn zichtbaar geëmotioneerde vader.
Pelayo Sánchez
Movistar begon met Nairo Quintana en Fernando Gaviria als kopmannen aan de Giro d’Italia, maar dé uitblinker aan Spaanse zijde was toch echt Pelayo Sánchez. De 24-jarige Spanjaard kwam de voorbije seizoenen uit voor Burgos-BH, maar koerst sinds dit jaar op WorldTour-niveau. Na de Ronde van Italië kunnen we toch wel zeggen dat het Spaanse wielrennen een zeer sterke puncheur rijker is. Sánchez maakte de afgelopen weken indruk met zijn nimmer aflatende aanvalslust, koersinstelling en ‘ik weiger op te geven’-mentaliteit.
Maar Sánchez liet in de Giro ook zien dat er een winnaar in hem schuilt. In de gravelrit naar Rapolano Terme maakte hij deel uit van een sterke kopgroep met onder meer Julian Alaphilippe en Luke Plapp, maar de renner uit Asturië bleek niet geïntimideerd door deze grote namen. Sterker, Sánchez trok na een attractieve en felbetwiste finale aan het langste eind, door zijn idool Alaphilippe te vloeren in de sprint. Dit gaf hem schijnbaar vleugels, want ook in de tweede en derde Giro-week zagen we Sánchez veelvuldig in de aanval. Dit leverde hem nog een tweede plaats op in de rit naar Sappada.
Giulio Pellizzari
Zo succesvol als in de jaren veertig, vijftig en zestig van de vorige eeuw zal het waarschijnlijk niet meer worden, maar de toekomst van het Italiaanse wielrennen oogt rooskleurig. Met de 22-jarige Antonio Tiberi is er deze Giro een nieuwe Italiaanse ronderenner opgestaan en Jonathan Milan heeft zijn status als topsprinter bevestigd. Maar de tifosi zullen ook de verdere ontwikkeling van Giulio Pellizzari in de gaten houden. De nog maar 20-jarige coureur wordt gezien als een grote klimbelofte en wist dit (deels) waar te maken in zijn eerste Giro d’Italia.
Al zag het er even slecht uit voor Pellizzari en zijn ploeg VF Group-Bardiani CSF-Faizanè. De eerste twee Giro-weken verliepen namelijk zeer moeizaam. “Ik had last van meerdere fysieke kwaaltjes. Ik heb zelfs aan opgeven gedacht, maar Massimiliano Gentili en mijn coach Leonardo Piepoli wisten me te overtuigen om door te gaan. Ik voel me nu weer goed en kijk waar we nu staan”, vertelde de piepjonge renner na zijn tweede plaats in de rit naar de Monte Pana, waarin hij pas in de laatste kilometer werd ingerekend door zijn idool Tadej Pogacar.
Dat Pellizzari uit het goede klimhout is gesneden, liet hij ook zien in de laatste bergrit over de Monte Grappa. De Italiaan besloot niet te wachten op de explosie van de man in het roze en koos brutaal voor de aanval. Het leverde hem geen ritzege op, maar Pellizzari liet op de flanken van de steile Monte Grappa nogmaals zijn klasse zien. De toekomst lacht de nieuwe Italiaanse klimhoop toe.
Een eervolle vermelding
Renners als Pogačar, Alaphilippe en Steinhauser zorgden de voorbije weken voor het nodige koersspektakel, maar er waren nog meer uitblinkers. Neem nu Valentin Paret-Peintre. De 23-jarige Fransman van Decathlon AG2R boekte in de Giro d’Italia zijn allereerste profzege (in de rit naar Bocca della Selva) en liet bergop zeer mooie dingen zien. Een renner die zijn neus ook vaak aan het venster wist te steken, was Nicola Conci van Alpecin-Deceuninck.
Coureurs die ook een eervolle vermelding verdienen, op basis van hun aanvalslust, zijn Luke Plapp (Jayco AlUla), Simon Geschke (Cofidis) en Michael Valgren (EF Education-EasyPost). En wat zou de Giro d’Italia zijn zonder de Italiaanse ProTeams? Team Polti-Kometa gaf de wedstrijd kleur met de zeer aanvallende Mirco Maestri en Andrea Pietrobon, terwijl Filippo Fiorelli en Alessandro Tonelli dit deden namens VF Group-Bardiani CSF-Faizanè.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.