Otto Vergaerde heeft zijn baanschoenen nog eens aangetrokken op de Zesdaagse van Gent. Hij werd vroeger gezien als een van de grote talenten op de piste, maar een doorbraak in het baanwielrennen is hem niet gelukt. Vergaerde ziet zijn uitstap naar de baan als een goede voorbereiding voor het wegseizoen bij zijn nieuwe ploeg Trek-Segafredo.

Vergaerde voelde zich tot 2019 volwaardig baanwielrenner, daarna koos hij ervoor om zich meer op het wegwielrennen toe te spitsen. Toch wilt hij de baan niet verwaarlozen en neemt hij nu deel aan de Zesdaagse van Gent. Dit doet nu samen met Jules Hesters, wat goed is voor zijn zevende deelname in het Kuipke.

De aanwinst van Trek-Segafredo ziet de baan als een goeie training. “Hier werk je constant op interval en je motor groeit daar enorm van. Vergelijk het met veldrijden, waar je ook voortdurend in het rood gaat”, vertelt Vergaerde aan Sporza. Hij heeft natuurlijk met zijn ogen kunnen zien hoe renners als Mathieu van der Poel en Tim Merlier, bij Alpecin-Fenix, de vruchten plukten van een combinatie van disciplines als voorbereiding.

Ambitie
De Oost-Vlaming maakt aan het einde van dit jaar de overstap van Alpecin-Fenix naar Trek-Segafredo. Hier wilt hij meer focussen op de langere inspanningen, zijn ambitie is dan ook om grotere rondes te rijden: “Ik heb al met de ploeg gesproken en normaal rijd ik een van de drie grote rondes. Ik hoop dat zo’n deelname een extra stap zal zijn. Dat ik dit jaar een grote ronde heb gemist, was een domper.”

Vergaerde is ook zelf zeer bewust van zijn kwaliteiten als renner en voor hem is zijn rol dan ook duidelijk. “Ik ben echt een helper. Ik weet wat ik kan. Ik ben sterk, maar ik zal nooit veel winnen. Ik ben in de ploeg om mensen te helpen winnen”, stelt de Belgische coureur.