Armstrong: “Waarheidscommissie is de enige manier”
woensdag 30 januari 2013 om 17:38

Armstrong: “Waarheidscommissie is de enige manier”

Armstrong

foto: Sirotti

Lance Armstrong heeft voor de tweede maal sinds het uitkomen van het vernietigende USADA-rapport omtrent zijn dopinggebruik een interview afgegeven. Na zijn televisieinterview met Ophrah Winfrey eerder deze maand, waarin hij zijn dopinggebruik toegaf, was dit maal de website Cyclingnews.com aan de beurt. Armstrong geeft daarin aan dat hij graag ziet dat er een zogenoemde waarheidscommissie komt. Zonder inmenging van de Internationale Wielerunie UCI.

Na afloop van het interview met Winfrey kreeg Armstrong veel kritiek op het feit dat hij alleen over zijn eigen dopinggebruik sprak. “Ik nam niemand in bescherming. Ik was daar om over mijzelf te praten, over mijn fouten”, zegt Armstrong daar nu over. Dat neemt niet weg dat de Amerikaan wil dat er actie ondernomen wordt om een zwarte periode voor het wielrennen af te sluiten, en wel via een Truth and Reconciliation Commission. Oftewel, een commissie die renners oproept om te bekennen, zonder dat die renners daarvoor nog gestraft worden.

Armstrong: “Het is de enige manier. We hebben met zijn allen de rommel gemaakt, laten we het nu met zijn alleen opruimen en allemaal naar gelijke mate gestraft worden. Dit gaat niet om één iemand, of één ploeg, maar om heel het wielrennen en eigenlijk om alle duursporten. Eén man aan de schandpaal hangen helpt de sport niet. Ik stel voor dat iedereen die ooit podium heeft gereden in een wereldbekerwedstrijd of grote ronde en nog in leven is, opgeroepen wordt. Klinkt ambitieus, maar het is haalbaar. Er moet dan uiteraard wel een amnestieregeling komen, anders komt er niemand.”

Volgens Armstrong is er geen plaats voor de UCI in zo een commissie. De Amerikaan is verder keihard tegenover de huidige UCI-voorzitter Pat McQuaid. “Ik heb dit al en keer voorgesteld aan McQuaid, maar hij wilde er niets van weten. Ook nu probeert hij telkens zijn eigen hachje te redden. Pathetisch.”

Tot slot stelt Armstrong, die zijn zeven Tourzeges moest inleveren en een levenslange schorsing kreeg, dat niet alle blaam naar zijn generatie moet gaan. “Mijn generatie was niet anders dan anderen. De hulpmiddelen zijn inderdaad veranderd, maar het feit blijft dat onze sport damn hard is, en dat enorm harde motherf***ers voor meer dan een eeuw met elkaar hebben gestreden en daarbij allemaal gezocht hebben naar voordelen. Van op de trein springen honderd jaar geleden tot EPO nu. Geen enkele generatie was schoon. Niet die van Merckx, niet die van Hinault, die van LeMond, Coppi, Gimondi, Indurain, Anquetil, Bartali en ook niet die van mij.” Toch begrijpt de Amerikaan wel dat hij het hardst van allemaal wordt aangepakt. “We all make the beds we sleep in.”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.