Voorbeschouwing: Parijs-Roubaix voor vrouwen 2022
foto: Cor Vos
zaterdag 16 april 2022 om 08:00

Voorbeschouwing: Parijs-Roubaix voor vrouwen 2022

Wat is leuker dan een dag Parijs-Roubaix? Twee dagen Parijs-Roubaix! Een goed half jaar na de allereerste uitgave, gaan we alweer op zoek naar een nieuwe koningin van de kasseien. Lizzie Deignan, die de eerste editie op haar naam schreef, is er om moverende redenen niet bij. Wie wordt na 125 kilometer stoempen en stuiteren de opvolgster van de Britse? WielerFlits blikt vooruit!

Historie

Een hoop rensters zullen het zich tijdens het rijden van hun allereerste Parijs-Roubaix hardop hebben afgevraagd: waarom vonden we dit ook alweer een leuk idee? Zouden er enkele rensters jaloers zijn geworden op Sisyfus, die volgens de mythe door de goden werd veroordeeld om tot in de eeuwigheid een rotsblok op een steile berg te duwen? We sluiten het niet uit.

Het is de paradox die aan Parijs-Roubaix kleeft. Het is een bruut, oerlelijk en zeer regelmatig een zeer wreed evenement. En toch is er bijna geen enkele koers die zo tot de verbeelding spreekt als de helleklassieker. Waarom toch? Is het een wonderlijke soort van zingeving in het vrij zinloze menselijke bestaan? Het bestuderen van het werk van Nobelprijswinnaar Albert Camus, door velen beschouwd als grondlegger van het absurdisme, kan de moeite waard zijn om de diepere betekenis van het Franse wielermonument te begrijpen. Al beseffen we terdege dat het antwoord voor iedereen anders zal zijn.

Er moest lang voor gelobbyd worden om het voor elkaar te krijgen. Te lang, zoals dat vaak gaat bij lobbywerk. De uiteindelijke aankondiging was al ettelijke jaren in de maak, maar op dinsdag 5 mei 2020 kwam-ie er, toch nog een tikje onverwachts. Een lichtpuntje in donkere wielertijden. Uiteindelijk ging het hele spektakel dat najaar vanwege het grote aantal coronabesmettingen in Noord-Frankrijk niet door. Maar gelukkig kwam van uitstel geen afstel.

De vrouwen van SD Worx op verkenning – foto: Cor Vos

Hoewel de wedstrijd ook in het voorjaar van 2021 noodgedwongen werd geannuleerd. Gelukkig bleek de uitdrukking ‘driemaal is scheepsrecht’ nog eens accuraat, want zaterdag 2 oktober 2021 was het dan eindelijk zover. En een gedenkwaardige koers werd het zeker. Het werd een complete kennismaking met De Hel, want de wegen lagen vol water en slijk, met flink wat hersenschuddingen en gebroken botten tot gevolg.

Volgens het paradox zou het, ondanks het drama, ook een heel mooie dag moeten zijn geweest. Dat werd het in ieder geval voor Lizzie Deignan, de winnares, al vond ze daar niet meteen de woorden voor. “Ik weet niet zo goed wat ik moet zeggen, maar ik ben zo verschrikkelijk trots.” Gelukkig vatte Marianne Vos, de nummer twee, het treffend samen: “Het was heel zwaar, maar ook mooi en ontzettend gaaf.”

Erelijst Parijs-Roubaix
2021: flag-gb Lizzie Deignan


Vorig jaar

Extreem lange, winnende solo-inspanningen in grote wielerwedstrijden zijn eerder uitzondering dan de regel. Maar ze komen wel degelijk voor. De langste die we in de annalen van de vrouwenkoers hebben kunnen vinden is er eentje van 110,3 kilometer, op naam van Emma Pooley. In 2009 reed de Britse na circa 400 meter in de wereldbekerwedstrijd van Montréal weg uit het peloton.

Tiffany Cromwell deed het in de vijfde etappe van de Giro Donne van 2012 met een ontsnapping van zo’n 107 kilometer (exacte cijfers zijn er niet) ook niet verkeerd. Helemaal in het geheugen gegrift – omdat deze live werd uitgezonden – staat de eenzame, maar zeer glorieuze ongeveer 103 kilometer lange tocht van Annemiek van Vleuten naar de wereldtitel in Yorkshire. Op zaterdag 2 oktober 2021 was het aan Lizzie Deignan.

Lizzie Deignan – foto: Cor Vos

De eerste echte aanval bleek die dag meteen de juiste te zijn. Op de eerste kasseistrook, toen er nog 81 kilometer te rijden was, ging ze er alleen vandoor. Een gewaagde move, maar de Britse kreeg het gelijk aan haar zijde. Marianne Vos schudde nog een zeer fraaie alles-of-nietspoging uit haar turbodijen, maar het mocht niet baten. Deignan draaide met een meer dan geruststellende voorsprong als eerste de wielerbaan op. Met haar solo reed ze zich nog maar eens de geschiedenisboeken in.

De vele natte kasseienstroken leverden vele mooie, heroïsche plaatjes op, maar het had ook een schaduwzijde. De koers bleef niet zonder gevolgen voor een hoop rensters die ten val kwamen. Een hoop konden het vuil er in de legendarische doucheruimte vanaf spoelen, maar er waren er ook die lang last bleven houden van hun valpartijen. Denk maar aan Annemiek van Vleuten en Ellen van Dijk. Zware crashes horen bij Parijs-Roubaix, zeker, maar feestelijk worden ze nooit.

Het podium van de eerste Parijs-Roubaix voor vrouwen – foto: Cor Vos

Parijs-Roubaix is nu eenmaal een verschrikking, een onvervalste calvarietocht die je hardop doen afvragen waarom je er in hemelsnaam ooit aan bent begonnen. De kans dat we Van Vleuten in de toekomst nog in deze wedstrijd gaan zien, achten we eerlijk gezegd niet heel groot, maar een hoop rensters die er afgelopen jaar zijn gevallen komen er graag nog eens koersen.

Uitslag Parijs-Roubaix 2021
1. flag-gb Lizzie Deignan (Trek-Segafredo) in 2u56m7s
2. flag-nl Marianne Vos (Jumbo-Visma) op 1:17
3. flag-it Elisa Longo Borghini (Trek-Segafredo) op 1:47
4. flag-de Lisa Brennauer (Ceratizit-WNT) op 1:51
5. flag-it Marta Bastianelli (Alé BTC Ljubljana) op 2:10


Parcours

Net geen 125 kilometer, met daarin 29,2 km aan kasseien, verdeeld over zeventien stroken. In bijna een kwart van de wedstrijdkilometers worden de lijven en fietsen van de rensters flink door elkaar geschud.

In vergelijking met vorig jaar is de wedstrijd acht kilometer langer, maar die zullen het grootste verschil niet maken. Volgens de laatste weersvoorspellingen lijkt het er sterk op dat de regen afwezig blijft, waardoor de kasseien er een stuk minder glad zullen bij liggen. Dat scheelt een slok op een borrel, maar de wedstrijd zal nog steeds loodzwaar zijn.

De start van de mannenwedstrijd vindt al heel lang niet meer in Parijs zelf plaats. De vrouwenkoers start net als vorig jaar in Denain, bij wielerliefhebbers vooral bekend van de Grote Prijs van Denain. Ooit een bloeiende nederzetting dankzij de kolen- en staalindustrie, maar dankzij de sluiting van de fabrieken belandde de stad in een diepe crisis. Het is met andere woorden een zeer geschikte plek om een koers als Parijs-Roubaix in gang te schieten.

Parijs-Roubaix vrouwen 2022 kaart

Er wordt begonnen met het afwerken van vier circuits van 8,3 kilometer in en om Denain, waarin vorig jaar al enkele rensters tegen de grond gingen. Het peloton rijdt ook door Haveluy, maar hier staan in tegenstelling tot de mannenwedstrijd geen stroken op het programma. Nee, het stuiterwerk begint tussen de plaatsjes Hornaing en Wandignies-Hamage, wanneer de rensters al zo’n 42 kilometer in de benen hebben. Op deze strook plaatste Deignan haar demarrage die haar dik tachtig kilometer verder de overwinning opleverde.

Het recept blijft vervolgens tachtig kilometer hetzelfde. Asfalt, kasseien, asfalt, kasseien. En tot slot het legendarische beton van de Vélodrome André Pétrieux in Roubaix. Verreweg de bekendste twee stuiterwegen op het parcours zijn die van Mons-en-Pévèle en Carrefour de l’Arbre, niet geheel toevallig de twee stroken met vijf sterren. Daar kunnen serieuze verschillen worden gemaakt, maar dat geldt eigenlijk voor nagenoeg alle stroken en de stukken asfalt daartussenin. In Parijs-Roubaix moet je immers altijd bij de les zijn.

Het wordt de hele dag knokken om op de juiste plek te zitten. Een aantal schietgebiedjes prevelen richting Vrouwe Fortuna kan ook geen kwaad. Want ook al doe je zelf de hele dag alles goed, als je het slachtoffer wordt van een valpartij net voor je kan je koers ook maar zo gedaan zijn. En aan een lekke band of ander technisch malheur is eveneens niet altijd wat te doen.

Zaterdag 16 april: Denain – Roubaix (124,7 km)
Start: 12.25 uur
Finish: tussen 15.42 en 16.03 uur

Kasseienstroken Parijs-Roubaix 2022

  • 17: Hornaing – Wandignies-Hamage (3700 m) – na 42,3 km – ****
  • 16: Warlaing – Brillon (2400 m) – na 49,7 km – ***
  • 15: Tilloy-lez- Marchiennes – Sars-et-Rosières (2400 m) – na 53,2 km – ****
  • 14: Beuvry-la-Forêt – Orchies (1400 m) – na 59,6 km – ***
  • 13: Orchies (1700 m) – na 64,6 km – ***
  • 12: Auchy-lez-Orchies – Bersée (2700 m) – na 70,7 km – ****
  • 11: Mons-en-Pévèle – (3000 m) – na 76,2 km – *****
  • 10: Mérignies – Avelin – (700 m) – na 82,2 km – **
  • 9: Pont-Thibaut – Ennevelin (1400 m) – na 85,6 km – ***
  • 8a: Templeuve – l’Épinette (200 m) – na 91 km – *
  • 8b: Templeuve – Moulin-de-Vertain (500 m) – na 91,5 km – **
  • 7: Cysoing – Bourghelles – (1300 m) – na 97,9 km – ***
  • 6: Bourghelles – Wannehain (1100 m) – na 100,4 km – ***
  • 5: Camphin-en-Pévèle (1800 m) – na 104,9 km – ****
  • 4: Carrefour de l’Arbre (2100 m) – na 107,6 km – *****
  • 3: Gruson (1100 m) – na 109,9 km – **
  • 2: Willems – Hem (1400 m) – na 116,6 km – ***
  • 1: Espace Charles Crupelandt (300 m) – na 123,4 km – *

Favorieten

Ondanks het feit dat de winnares van vorig jaar er niet bij is, moeten we ook ernstig rekening houden met een nieuwe overwinning van Trek-Segafredo. Wat bijvoorbeeld te denken van Ellen van Dijk. Ze was met Vos misschien wel de meest genoemde naam in de vele verlangende voorbespiegelingen van de afgelopen jaren. Ze maakte op de dag zelf jammer genoeg kennis met het minder leuke aspect van Parijs-Roubaix; ze viel vier keer en liep een hersenschudding op.

Ondanks deze slechte eerste ervaring willen we haar gewoon weer opschrijven. Want tot aan die vreselijke val maakte Van Dijk een uitstekende indruk. Daarbij heeft ze nu eenmaal alles in huis om een koers als deze te winnen. Binnen het team van Van Dijk letten we zeker ook op wereldkampioene Elisa Balsamo, Elisa Longo Borghini (hoe is zij hersteld?), Audrey Cordon-Ragot en de debuterende Lucinda Brand, van wie veel wordt verwacht. Om maar te zeggen: de keuze is reuze.

foto: Cor Vos

Het andere grote blok is dat van SD Worx. Daar zal natuurlijk worden uitgekeken naar de prestaties van Lotte Kopecky. Ze zou voor de historische dubbel kunnen gaan, waarmee ze als eerste vrouw in een rijtje met Heiri Suter (1923), Romain Gyssels (1932), Gaston Rebry (1934), Raymond Impanis (1954), Fred De Bruyne (1957), Rik Van Looy (1962), Roger De Vlaeminck (1972), Peter Van Petegem (2003), Tom Boonen (2005 en 2012) en Fabian Cancellara (2010 en 2012) kan komen. Als dat niet motiveert…

Gemakkelijker gezegd dan gedaan, natuurlijk. Kopecky heeft zeker al indrukwekkende dingen laten zien op slechte wegen, maar zo rijden er meer rond bij haar ploeg. Het is evident dat ze een een serieuze kans maakt, en wellicht is ze dankzij haar sprint wel dé topfavoriet, maar dit geldt net zo goed voor Chantal van den Broek-Blaak en Christine Majerus, misschien wel de beste op de kasseien. Met Lonneke Uneken en Elena Cecchini kun je overigens ook prima ten strijde trekken.

Hoe ze het gaan aanpakken? Vooraf zegt Kopecky al niet zelfzuchtig te zijn: “Als ik de kans krijg om zaterdag in Parijs-Roubaix iets terug te doen, dan doe ik dat met plezier.” Het is alleen de vraag of ze ook daadwerkelijk in de positie komt om een ploeggenote te helpen. Kopecky weet net zo goed als haar ploegmaats dat dat geen sinecure is in Parijs-Roubaix.

Daarom dat ze in gesprek met WielerFlits ook het volgende aangeeft: “Als ik een situatie kom dat ik de koers kan winnen, dan zal ik die kans zeker niet laten liggen”, aldus de Belgische kampioene. Maar, de druk is er met zeges in Strade Bianche en de Ronde van Vlaanderen al wel af. “Alles wat er nu nog bij komt is extra.” Dus, gaat ze proberen om zelf winnen of wordt het toch knechten? Eerst maar eens koersen, en dan zien Kopecky en co. vanzelf wel wat de tactiek wordt…

Kan Kopecky haar wonderseizoen nog een vervolg geven? – foto: Cor Vos

Ze werd van tevoren al bij de topfavorieten gerekend en ze maakte dit in de eerste editie volledig waar. Jammer voor Marianne Vos dat er nog eentje voor haar reed, maar haar manier van rijden op de stenen was desalniettemin indrukwekkend. De kopvrouw van Jumbo-Visma heeft met het WK veldrijden haar eerste grote vis van het jaar weer binnen, maar ze zou Roubaix er toch graag aan toevoegen. Dat blijkt ook uit haar voorbereiding op de helleklassieker.

Vos sloeg zelfs de Amstel Gold Race over om ‘uitgerust en fit’ aan de start te kunnen verschijnen. Als dit het geval is, is zij de topfavoriet. Ze heeft geen team om zich heen van hetzelfde kaliber als Trek-Segafredo en SD Worx, maar slecht zijn haar ploeggenoten nu ook niet. Rensters als Romy Kasper, Teuntje Beekhuis en Riejanne Markus kunnen echt dingen voor Vos gaan oplossen als ze onderweg onverhoopt in de problemen raakt.

foto: Cor Vos

De kans dat een van de hiervoor genoemde rensters Parijs-Roubaix wint, is behoorlijk. Maar we zijn er nog niet, wat kanshebsters betreft. Marta Bastianelli, de nummer vijf van vorig jaar, reed sinds de Ronde van Drenthe alleen nog maar bij de eerste tien. Ze zal niet meteen de degene zijn die een lange solo uit de benen schudt, maar als ze in de finale nog onderdeel uitmaakt van een kopgroep, berg je dan maar.

Een andere Marta schrijven we eveneens op. Met Marta Cavalli komt namelijk de winnares van de Amstel Gold Race in Denain aan de start. Ja, haar triomf was enigszins verrassend, maar die grote overwinning zat er wel degelijk aan te komen. Dat ze ook uit de voeten kan op de bruutste kasseienstroken, bewees ze vorig jaar reeds met een negende plaats. Benieuwd hoe ze het er dit jaar vanaf zal brengen.

Maar een nog grotere kans dichten we een van haar ploeggenotes toe. Grace Brown, die de inaugurele editie moest missen vanwege een schouderblessure. Met haar hardrijderscapaciteiten is ze ook typisch zo’n renster die heel goed bij deze wedstrijd past. Ze kon zelf dit jaar nog niet winnen, maar wie weet is het toch al behoorlijk sterk koersende FDJ-Nouvelle Aquitaine-Futuroscope nu in de winning mood en kan de Australische tempobeul op de wielerbaan de kassei in ontvangst nemen.

Het wordt de laatste Parijs-Roubaix van de geslepen Bastianelli – foto: Cor Vos

Movistar associëren we nu niet meteen met winnaars van grote kasseienkoersen, maar daar kan Emma Norsgaard verandering in brengen, echt zo’n renster die voor deze wedstrijd lijkt gebouwd. In haar commentaar na de race van vorig jaar hoorden we ook de Parijs-Roubaix-paradox terug: “It was just so fucking hard, it was crazy. I’m just dead, yet extremely happy.” Ze zag zichzelf al als een renster voor deze klassieker en dat zal er dankzij haar zesde plaats vorig jaar niet minder op zijn geworden.

But wait, there’s more! Movistar heeft ook ene Aude Biannic in het team rijden. Dankzij haar hoeft het Deense supertalent er tijdens de slotfase niet alleen voor te staan. Maar Biannic beschikt zelf ook over de vereiste kwaliteiten te zegevieren. Het rijden op kasseien gaat haar doorgaans meer dan prima af, daarnaast kan de Frans wegkampioene van 2018 een serieus stukje hardrijden. Een behoorlijk ideale combinatie, jammer voor haar is dat een degelijke sprint ontbreekt, een eigenschap die Norsgaard wel heeft.

Maar een sprint op de wielerbaan hoeft er niet te komen. Om te kunnen winnen heeft de Française uiteraard wel wat geluk nodig. Maar vergist u zich niet, ondanks dat ze niet vaak in voorbeschouwingen wordt genoemd is ze wel degelijk een renster met veel kwaliteiten. Een zeer gevaarlijke outsider dus. En zoals Biannic hebben we er nog een aantal. Het draagt zeker bij aan de charme van Parijs-Roubaix dat rensters als Biannic ook om de zege mee kunnen doen.

Emma Norsgaard – foto: Cor Vos

DSM-rensters die een en ander klaar kunnen spelen zijn Floortje Mackaij en Pfeiffer Georgi. En wat te denken van Lorena Wiebes? Het is even afwachten of het krankjorume kasseienwerk haar ook echt ligt, maar in principe zou ze de kwaliteiten moeten hebben om in de toekomst een keer te zegevieren in de hel. Of dat ook dit jaar al is? Wel, als ze er op de wielerbaan nog bij is, heeft de rest een groot probleem, maar zover zien we het eerlijk gezegd nog niet komen. Al mag Wiebes ons zeker verrassen.

Andere namen die we opschrijven? Omdat we nog weinig referentie hebben, is het allemaal nog een beetje koffiedik kijken. Alvast niet van de partij is Lisa Brennauer, die herstellende is van het vermaledijde coronavirus. Een flinke tegenvaller, maar de Duitse gaat vermoedelijk nog wel een paar kansen krijgen om zich op de erelijst te rijden.

Wel aangeduid op onze startlijst: Sarah Roy, Tiffany Cromwell, Alice Barnes (allen Canyon-SRAM), Senne Knaven (AG-NXTG, al is het maar vanwege haar legendarische achternaam), Maria Giulia Confalonieri (Ceratizit-WNT), Mischa Bredewold (Parkhotel Valkenburg), Clara Honsinger, Letizia Borghesi (beiden EF Education-Tibco-SVB), Susanne Andersen (Uno-X), Alison Jackson (Liv Racing-Xstra), Mieke Kröger Silvia Persico (Valcar-Travel & Service), Maria Martins en Marjolein van ’t Geloof (beiden Le Col-Wahoo). Het zal ook zeker interessant zijn hoe ver de rensters van Plantur-Pura kunnen komen.

Deze favorietenlijst is gebaseerd op een nog niet volledige startlijst. Er kunnen dus nog wijzigingen worden aangebracht.


Favorieten volgens WielerFlits
**** Lotte Kopecky
*** Ellen van Dijk, Marianne Vos
** Chantal van den Broek-Blaak, Emma Norsgaard, Marta Bastianelli
* Lucinda Brand, Grace Brown, Aude Biannic, Christine Majerus

Website organisatie
Deelnemerslijst


Weer en TV

De weergoden lijken het peloton een stuk gunstiger gezind dan vorig jaar. Geen regen, maar zonneschijn wordt er verwacht op de hellewegen tussen Denain en Roubaix. De wind zal vermoedelijk geen grote rol van betekenis spelen, terwijl het kwik ’s middags richting de twintig graden kan gaan. Je zou bijna zin krijgen om zelf Parijs-Roubaix te rijden…

Maar de koers simpelweg bekijken kan natuurlijk ook. Vanaf 13.15 uur zijn beelden van de wedstrijd te zien via Sporza op Eén, NOS, Eurosport en GCN. De precieze uitzendtijden vind je in ons tv-overzicht.


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.